Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaardingen d.d. 28 februari 2013, met producties;
- de conclusie van antwoord van Van Uden, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
- de conclusie van antwoord van Express, met producties;
- het vonnis in het incident d.d. 23 juli 2014 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- het tussenvonnis van 17 december 2014;
- het ter gelegenheid van de comparitie zijdens [eiser 1] gezonden faxbericht d.d. 17 maart 2015, met producties;
- het ter gelegenheid van de comparitie zijdens Express gezonden faxbericht d.d. 24 maart 2015, met productie 12;
- het proces-verbaal van comparitie van 31 maart 2015 met de in reactie daarop ontvangen brief van mr. Van de Velde d.d. 15 april 2015;
- de door [eiser 1] genomen akte;
- de door Van Uden genomen akte, met producties 9 tot en met 12;
- de door Express genomen antwoordakte, met productie 13.
2.De feiten
shipper’ Van Uden verzocht om een prijsopgaaf voor het vervoer van drie tunnelboormachines van Lattakia, Syrië, naar Bremerhaven, Duitsland. Vervolgens is begin januari 2012 wederom door Metco verzocht om een prijsopgaaf van Van Uden voor de betreffende tunnelboormachines, nadat de tunnelboormachines op mafi’s waren geplaatst. Van Uden heeft hierop op 30 januari 2010 per e-mail een aanbod gedaan aan Metco, dat door Metco op 31 januari 2012 is doorgezonden aan het e-mailadres [emailadres] van [vennootschap] met het verzoek om akkoord. Op 8 februari 2012 heeft Metco aan Van Uden bevestigd dat de afzender telefonisch had bevestigd dat de tunnelboormachines gereed waren om te worden ingeladen en verzocht aan Van Uden om Shipco te instrueren de lading te accepteren en een cognossement op te stellen.
liner bill of lading’ opgesteld, waarop onder meer het volgende staat:
Certificate of Origin’ van 19 maart 2012 staat vermeld dat [persoon] . de exporteur is van de tunnelboormachines. Op een factuur van dezelfde datum staat deze vennootschap ook als verkoper vermeld, en Shan Jarkin Nibu (hierna: Nibu) als koper.
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
5.De beoordeling
in conventie en in reconventie
protection agent’ van Van Uden, die met de afzender afspraken heeft gemaakt. Vast staat ook dat Metco over de betrokken zending heeft gecommuniceerd met Shipco, de staatsagent van Syrië.
[eiser 2]” op [emailadres] ) enerzijds en Metco en Van Uden anderzijds. In de contacten tussen Metco en Van Uden is regelmatig sprake van “
the shipper” zonder dat deze bij naam wordt genoemd. Nergens wordt echter duidelijk of aannemelijk dat dit om een andere partij zou gaan dan die vertegenwoordigd door [eiser 1] .
sea waybill) of een ander vervoersdocument komt in de correspondentie tussen betrokkenen niet voor, evenmin als aanwijzingen dat er vervoer zonder cognossement is beoogd.
liner bill of lading” dat door Shipco is afgegeven op het cognossementsformulier van Van Uden. Ook wordt in de e‑mailcorrespondentie tussen de bij export en vervoer betrokkenen enkele malen de term cognossement (
bill of lading) gebezigd. Zo schrijft Metco in een e-mail aan Van Uden, aangehaald door P. van Schaik (Operations Coordinator van Van Uden) in zijn reactie daarop van 21 augustus 2011: “
Pls urge instruct Shipco-Lattakia to accept loading of the below dredgers per vessel Maestro Sea 9095 ETA Lattakia 22.08.2011 and to issue B/L with freight prepaid abroad.”. Op 8 februari 2012 schrijft Metco aan Van Uden om 9:18 uur dat de exportformaliteiten zijn afgerond en de lading gereed is voor verscheping en verzoekt Metco Van Uden weer dringend om Shipco Lattakia te instrueren om het cognossement uit te stellen met vracht betaalbaar op de bestemming. Aansluitend op dit e-mailbericht volgt om 9:20 uur de e-mail van Roeland Woudenberg aan Sebastiaan van der Waals, beiden werkzaam bij Van Uden, luidend “
Great, good news. Sebastiaan please instruct Shipco.”
Identity of Carrierclausule.
consignee: to order”. Bij gebreke van vermelding van de partij om wiens order het gaat, moet deze aanduiding van de geadresseerde worden verstaan als ‘aan de order van de in het cognossement vermelde afzender’. De in het cognossement vermelde afzender is “
[persoon] c/o [vennootschap]”.
c/o” (“
care of”) leest de rechtbank in beginsel als ‘per adres’, als gevolg waarvan [persoon] als de in het document vermelde afzender moet worden beschouwd, en [vennootschap] als diens tussenpersoon c.q. correspondentieadres.
export declaration’ op naam van [persoon] stond. Deze lezing van het cognossement vindt ook steun in de door [eiser 1] overgelegde factuur en originecertificaat (zie onder 2.12) waarin [persoon] . (naar de rechtbank begrijpt: het bedrijf van [persoon] ) als verkoper en exporteur van de machines wordt gepresenteerd. Voor zover in werkelijkheid niet [persoon] maar [vennootschap] of [eiser 1] ten tijde van de verscheping, zoals [eiser 1] heeft gesteld, eigenaar van de machines was, doet dit er niet aan af dat in de documenten - op instructie van [eiser 1] namens [vennootschap] - [persoon] als exporteur en afzender is gepresenteerd.
c/o” in het cognossement als “
and” te verstaan. [persoon] moet als de in het cognossement vermelde afzender worden beschouwd.
notify party’ was vermeld op het cognossement, maar Express verliest daarbij uit het oog dat een vermelding als ‘
notify party’ op een cognossement ontoereikend is om aan te nemen dat aan deze partij, hier Nibu, mocht worden afgeleverd.
commercial invoice’ in dit geval ontoereikend is om die waarde te kunnen bepalen, omdat de tunnelboormachines reeds bij inlading in deplorabele staat waren, hetgeen kan worden opgemaakt uit foto’s die bij de inlading aan boord van de Maestro Sea zijn genomen (overgelegd als productie 3 bij akte van Van Uden).