ECLI:NL:RBROT:2016:2003
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Belediging van Joden door voetbalgerelateerde leus in het openbaar
Op 15 maart 2016 heeft de politierechter in Rotterdam vier zaken behandeld waarin verdachten ervan worden beschuldigd de leus "Hamas, Hamas joden aan het gas" te hebben geroepen tijdens of na voetbalwedstrijden. De rechtbank oordeelt dat deze uitlatingen opzettelijk beledigend zijn voor Joden in de zin van artikel 137c van het Wetboek van Strafrecht, ook al waren ze gericht tegen voetbalsupporters en niet direct tegen Joden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachten deze teksten niet tijdens de wedstrijden zelf hebben geroepen, maar vlak voor of na de wedstrijden. De rechter heeft de bewijsvoering van de politie als geloofwaardig beoordeeld, maar in de zaken van twee verdachten, [verdachte 1] en [verdachte 2], zijn zij vrijgesproken omdat niet buiten redelijke twijfel kon worden vastgesteld dat zij de teksten hebben geroepen. Voor [verdachte 3] en [verdachte 4] is bewezen dat zij de leus hebben geroepen, maar de rechtbank spreekt hen vrij van het aanzetten tot haat of discriminatie, omdat de context van de uitlatingen niet voldoende is om dit te onderbouwen. De rechtbank legt aan [verdachte 3] en [verdachte 4] een voorwaardelijke geldboete op van EUR 250,00 en verplicht hen deel te nemen aan een gedragsinterventie.