ECLI:NL:RBROT:2016:3042
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.H. de Wildt
- A.M.E.A. Neuwahl
- E. Lunenberg
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet van advocaat na blokkering toevoegingsvergoedingen en weigering Ziektewetuitkering
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 26 april 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een advocaat, eiser, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, verweerder. Eiser was in dienst bij een ex-werkgever en had zich op 13 april 2014 ziekgemeld. Op 28 april 2014 blokkeerde hij de uitbetaling van twaalf toevoegingsvergoedingen, wat leidde tot zijn ontslag op staande voet door de ex-werkgever. Verweerder weigerde vervolgens de Ziektewetuitkering aan eiser, omdat hij door zijn handelen het vertrouwen van de ex-werkgever had geschaad en onterecht een beroep deed op de uitkering.
De rechtbank oordeelde dat het ontslag op staande voet terecht was, omdat eiser eerder was gewaarschuwd en hij zeven van de twaalf zaken zelf had behandeld. Eiser had niet aangetoond dat de toevoegingen ten onrechte op zijn naam stonden. De rechtbank concludeerde dat de blokkering van de toevoegingen door eiser een dringende reden voor ontslag op staande voet vormde. Eiser voerde aan dat verweerder ten onrechte geen hoorzitting had gehouden, maar de rechtbank oordeelde dat hij niet benadeeld was door het ontbreken van een hoorzitting, aangezien hij de gelegenheid had gekregen om zijn standpunten schriftelijk naar voren te brengen.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en bevestigde de beslissing van verweerder om de Ziektewetuitkering blijvend geheel te weigeren. De rechtbank oordeelde dat er geen dringende redenen waren om van deze maatregel af te wijken. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.