4.7.[eisers] stelt in dat verband dat [persoon2] haar vordering op hem heeft overgedragen aan Linux Chess, dat hij deze vordering bevrijdend aan Linux Chess heeft voldaan en dat hij daarmee gekweten is. Ten bewijze van de feitelijkheid en de rechtsgeldigheid van bedoelde overdracht van de vordering aan Linux Chess heeft [eisers] verschillende producties overgelegd. [eisers] verwijst onder meer naar de volgende producties en licht als volgt toe hetgeen in zijn visie uit deze producties kan worden afgeleid:
productie 2 - de procesovereenkomst d.d. 4 maart 1998, die ertoe strekt dat een verdeling van de nalatenschap van erflaatster wordt bereikt die 7 van de 8 erfgenamen goeddunkt, inclusief volmacht;
productie 43 - de overeenkomst tot contractsovername/cessie d.d. 2 juni 2003, waaruit blijkt dat [persoon2] haar vorderingsrechten aan Linux Chess heeft overgedragen;
productie 12 - de overeenkomst d.d. 22/23 december 2004, waaruit blijkt dat Linux Chess de partij is aan wie [eisers] geld verschuldigd is;
productie 19 - de vaststellingsovereenkomst d.d. 23 mei 2006 die M. Poot namens zijn zuster [persoon2] heeft ondertekend, kennelijk krachtens de in de procesovereenkomst opgenomen volmacht, en waaruit blijkt [persoon2] haar rechten jegens [eisers] ter incasso heeft overgedragen aan Linux Chess; en
productie 28b - de beschikking d.d. 18 mei 2007 waarin de kantonrechter een bewind heeft ingesteld over het vermogen van [persoon2] en waarbij gedaagden sub 1 en 2 tot bewindvoerders zijn benoemd.
De executiebevoegdheid van [gedaagden] jegens [eisers] op grond van het vonnis is, na de opheffing van de ten laste van [eisers] eerder gelegde beslagen (omdat de vordering uit hoofde van het vonnis geheel door [eisers] was voldaan), komen te vervallen. De executie is mitsdien voltooid, hetgeen aanleiding geeft voor toewijzing van het primair gevraagde verbod, althans de subsidiair gevraagde schorsing van de executie, aldus [eisers]