ECLI:NL:RBROT:2016:5263

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 juli 2016
Publicatiedatum
11 juli 2016
Zaaknummer
C/10/489080 / HA ZA 15-1168
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • C. Sikkel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationale bevoegdheid en forumkeuze in civiele rechtszaken

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen de vennootschappen CEMAT S.P.A. en S.G.T. SOCIETÀ GESTIONE TERMINALI FERRO STRADALI S.P.A. over de internationale bevoegdheid van de rechtbank. Cemat, gevestigd in Milaan, Italië, heeft SGT, gevestigd in Pomezia, Italië, aangeklaagd in verband met de aansprakelijkheid voor de diefstal van containers. De rechtbank heeft te oordelen over de vraag of zij bevoegd is, gezien de forumkeuze die partijen in hun overeenkomst hebben gemaakt. SGT heeft zich beroepen op een exclusieve forumkeuze voor de rechtbank in Velletri, Italië, en heeft verzocht om onbevoegdverklaring van de Rechtbank Rotterdam. Cemat heeft dit verweer bestreden en gesteld dat de forumkeuze niet van toepassing is op de internationale bevoegdheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat de EEX II-Vo van toepassing is en dat de forumkeuze rechtsgeldig is overeengekomen. De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat zij zich onbevoegd verklaart, omdat de forumkeuze voor de rechtbank in Velletri exclusief is. Cemat is veroordeeld in de proceskosten van SGT, die zijn begroot op € 2.361,00.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team haven en handel
zaaknummer / rolnummer: C/10/489080 / HA ZA 15-1168
Vonnis in incident van 13 juli 2016
in de zaak van
de vennootschap naar het recht van de plaats van haar vestiging
CEMAT S.P.A.,
gevestigd te Milaan, Italië,
eiseres,
verweerster in het bevoegdheidsincident,
verweerster in het voorwaardelijk vrijwaringsincident,
advocaat mr. A.J. van Steenderen,
tegen
de vennootschap naar het recht van de plaats van haar vestiging
S.G.T. SOCIETÁ GESTIONE TERMINALI FERRO STRADALI S.P.A.,
gevestigd te Pomezia, S. Palomba (RM), Italië,
gedaagde,
eiseres in het bevoegdheidsincident,
eiseres in het voorwaardelijk vrijwaringsincident,
advocaat mr. M.A.R.C. Padberg.
Partijen zullen hierna Cemat en SGT genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 19 oktober 2015, met tien producties;
  • de incidentele conclusie houdende exceptie van onbevoegdheid tevens houdende voorwaardelijke conclusie tot oproeping in vrijwaring ex art. 210 Rv;
  • de incidentele conclusie van antwoord in het bevoegdheids- en voorwaardelijke vrijwaringsincident, met één productie;
  • de akte uitlaten productie van SGT, met één productie;
  • de akte uitlaten productie van Cemat.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in de incidenten.

2.De vordering ten gronde

2.1.
Cemat vordert dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis zo mogelijk gelijktijdig met het in de procedure met zaak-/rolnummer C/10/468165 / HA ZA 15-78 tussen [bedrijf1] (hierna: [bedrijf1] ) als eiseres en Cemat als gedaagde (hierna: de hoofdzaak) te wijzen vonnis:
voor recht verklaart dat SGT in vrijwaring gehouden is aan Cemat te vergoeden al hetgeen Cemat als gedaagde in de hoofdzaak gehouden zal zijn te voldoen, al dan niet heeft voldaan door middel van verrekening, aan eiseres in de hoofdzaak, [bedrijf1] ;
SGT veroordeelt tot betaling tegen behoorlijk bewijs van kwijting van al hetgeen Cemat als gedaagde in de hoofdzaak gehouden zal zijn te voldoen, al dan niet door middel van verrekening, aan [bedrijf1] ;
SGT veroordeelt tot betaling tegen behoorlijk bewijs van kwijting, binnen tien dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis, van een bedrag van
€ 29.224,74, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 1284 van het Italiaanse Burgerlijk Wetboek (IBW), althans met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW;
SGT veroordeelt in de kosten van het geding in de hoofdzaak, het vrijwaringsincident en de onderhavige zaak, alsmede in de nakosten ad € 131,00 dan wel, indien betekening van het vonnis plaatsvindt, € 199,00.
2.2.
Hieraan legt Cemat de volgende stellingen - verkort en samengevat weergegeven - ten grondslag:
  • Op de terminal van Pomezia S. Palomba in Italië verzorgt SGT zgn.
  • Tot de diensten die SGT op grond van de Overeenkomst verricht, behoort onder meer het lossen van zgn.

SGT shall deliver the UTI exclusively to the Client, or to the representatives of the Clients who are entitled to, and upon condition that they are not in breach with any obligation arising from the Contract or any othe agreement signed between SGT and the Client.
SGT shall load on the trailer the UTI arrived by rail and shall agree its way out from the terminal upon delivery, by the Client, of the “Instruction for delivery” drafted in any part and stamped by Cemat or his representative.’;
- De aansprakelijkheid van SGT ten opzichte van Cemat loopt daarbij vanaf het moment dat de UTI op de terminal arriveert totdat de UTI de terminal verlaat; dit is vastgelegd in artikel 5, 1e alinea, van de Overeenkomst, welke passage in de Engelse vertaling als volgt luidt:

SGT is liable for all damages, loss, tempering, shortage and fire of wagons and/or UTI and/or merchandise owned by Cemat or by third parties, from their entrance in the terminal and until they are leaving the terminal.’;
  • [bedrijf1] heeft op 19 juni 2014 telefonisch een overeenkomst gesloten met Cemat voor het vervoer door Cemat van vijf containers van ’s-Gravendeel naar Rome, Italië; Cemat heeft deze vijf containers op 20 juni 2014 door een wegvervoerder laten ophalen, waarna de containers over de weg naar Duisburg, Duitsland, en per spoor naar de terminal van Pomezia S. Palomba zijn vervoerd; op 27 juni 2014 zijn de containers op deze terminal aangekomen; vanuit Pomezia S. Palomba zouden de containers vervolgens worden opgehaald door de door Cemat ingeschakelde wegvervoerder AT teneinde te worden afgeleverd bij de diverse geadresseerden van de containers in Rome; thans is gebleken dat criminelen zich bij SGT hebben voorgedaan als chauffeurs van AT; in de veronderstelling dat het om chauffeurs van AT ging, heeft SGT de containers (zomaar) aan deze criminelen meegegeven; toen op een later moment op 27 juni 2014 de daadwerkelijke chauffeurs van AT zich bij SGT meldden, waren de containers reeds verdwenen;
  • Op de dag van de diefstal, 27 juni 2014, heeft Cemat SGT aansprakelijk gesteld voor de diefstal van de containers met goederen;
  • In de hoofdzaak is Cemat door [bedrijf1] aansprakelijk gesteld voor de gestolen lading;
  • Aangezien de containers zijn gestolen/verdwenen terwijl zij zich onder SGT bevonden, en dus binnen de in artikel 5 van de Overeenkomst genoemde periode van aansprakelijkheid van SGT, is SGT aansprakelijk voor de hieruit door Cemat geleden en te lijden schade; primair vloeit deze aansprakelijkheid van SGT voort uit de Overeenkomst, subsidiair is het handelen en/of nalaten van SGT onrechtmatig jegens Cemat.

3.Het geschil in het bevoegdheidsincident

3.1.
SGT vordert dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart, met veroordeling van Cemat bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis in de proceskosten.
3.2.
Cemat voert verweer en concludeert tot afwijzing van de incidentele vordering, met veroordeling van SGT bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis in de proceskosten.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.Het geschil in het voorwaardelijke vrijwaringsincident

4.1.
Voor het geval dat de rechtbank zich bevoegd verklaart kennis te nemen van de vordering van Cemat, vordert SGT dat de rechtbank haar toestaat om FS Logistica SpA, te Rome, Italië, aan het adres Viale Parioli 72 – 00197, tegen een nader door de rechtbank te bepalen datum in vrijwaring te dagvaarden teneinde op de eis in vrijwaring te antwoorden en voort te procederen, met veroordeling van Cemat in de proceskosten van dit incident.
4.2.
Cemat refereert zich.

5.De beoordeling in het bevoegdheidsincident

5.1.
De onderhavige zaak is een burgerlijke- of handelszaak in de zin van artikel 1 van de Herschikte EEX-Verordening, de Verordening (EU) Nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (hierna: EEX II-Vo). De EEX II-Vo is van toepassing op zaken die aanhangig zijn gemaakt voorafgaande aan 10 januari 2015, de dag waarop (de bevoegdheidsregels van) deze verordening van toepassing is (zijn) geworden. In de onderhavige zaak is de EEX II-Vo materieel en temporeel bezien derhalve van toepassing.
5.2.
Voor de toepasselijkheid van de EEX II-Vo is tevens vereist dat de zaak, waar het de rechterlijke bevoegdheid betreft, voldoende internationaal van aard is - het zogenaamde ‘internationaliteitsvereiste’. Beide partijen in deze zaak, Cemat en SGT, hebben hun woonplaats buiten Nederland, waar zij beide gevestigd zijn en kantoor houden (vgl. art. 63 EEX II-Vo), zodat aan het internationaliteitsvereiste is voldaan. Aan dat vereiste is in de onderhavige zaak temeer voldaan, omdat door de forumkeuze waar het geschil in dit bevoegdheidsincident betrekking op heeft aan de EEX II-Vo-bevoegdheid van een EEX II-Vo-gerecht wordt gederogeerd, in de onderhavige zaak de EEX II-Vo-bevoegdheid van de Nederlandse rechter (vgl. Hof Den Haag 28 juni 2011, ECLI:NL:GHSGR:2011:BR1381).
5.3.
In de onderhavige zaak is ook aan het vereiste van formele toepasselijkheid van de EEX II-Vo voldaan, omdat beide partijen gevestigd zijn op het grondgebied van een EEX II-Vo-lidstaat (vgl. artt. 4 en 25 EEX-Vo) en de forumkeuze waar het geschil in dit bevoegdheidsincident betrekking op heeft is uitgebracht voor een rechter van een EEX II-Vo-lidstaat (vgl. art. 25 EEX II-Vo).
5.4.
Haar stelling dat deze rechtbank onbevoegd is kennis te nemen van de vordering van Cemat baseert SGT op de in artikel 19 van de Overeenkomst opgenomen forumkeuze voor het gerecht in Velletri, dat is gelegen in Italië:
“19. FORO COMPETENTE
Il presente Contratto è regolato dalle leggi della Repubblica Italiana e qualsiasi controversia inerente o derivante dal presente contratto o dalla sua esecuzione e/o interpretazione sarà esclusivamente competente il Foro di Velletri.”
SGT heeft in haar incidentele conclusie deze bepaling in het Engels vertaald, tegen welke vertaling Cemat geen bezwaar heeft gemaakt, terwijl de rechtbank geen aanleiding ziet niet van de juistheid van deze vertaling uit te mogen gaan:
“This agreement is governed by the laws of the Italian Republic and any dispute concerning or arising from this agreement or its implementation and/or interpretation will be the exclusive jurisdiction of the Court of Velletri.”
5.5.
Van een geschil waarop de exclusieve-bevoegdheidsregels van artikel 24 EEX II-Vo betrekking hebben, is geen sprake. De onderhavige zaak is een vrijwaringszaak bij de hierboven genoemde hoofdzaak. In deze hoofdzaak heeft de rechtbank zich bij vonnis van 9 september 2015 in het in die zaak opgeworpen bevoegdheidsincident bevoegd verklaard. Uit artikel 8, aanhef en sub 2, EEX II-Vo, waarop het bepaalde in artikel 25 EEX II-Vo (exclusieve forumkeuze) inbreuk maakt, volgt dat de rechtbank die bevoegd is in de hoofdzaak tevens bevoegd is in een bij haar aangebrachte vrijwaringszaak. Tussen Cemat en SGT is niet in geschil dat, voor zover de forumkeuze in artikel 19 van de Overeenkomst toepassing mist, deze rechtbank in de onderhavige zaak bevoegd is op grond van artikel 8, aanhef en sub 2, EEX II-Vo.
5.6.
Cemat betwist dat de forumkeuze in artikel 19 van de Overeenkomst moet leiden tot onbevoegdheid van deze rechtbank, omdat volgens haar deze forumkeuze uitsluitend betrekking heeft op relatieve bevoegdheid, derhalve niet op internationale bevoegdheid. In dit verband overweegt de rechtbank als volgt.
5.7.
Artikel 25 EEX II-Vo regelt de bevoegdheid op grond van een exclusieve forumkeuze. Dit artikel luidt - weergegeven voor zover relevant - als volgt:
1. Indien de partijen, ongeacht hun woonplaats, een gerecht of de gerechten van een lidstaat hebben aangewezen voor de kennisneming van geschillen die naar aanleiding van een bepaalde rechtsbetrekking zijn ontstaan of zullen ontstaan, is dit gerecht of zijn de gerechten van die lidstaat bevoegd, tenzij de overeenkomst krachtens het recht van die lidstaat nietig is wat haar materiële geldigheid betreft. Deze bevoegdheid is exclusief, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen. Deze overeenkomst tot aanwijzing van een bevoegd gerecht wordt gesloten:
hetzij bij een schriftelijke overeenkomst of bij een schriftelijk bevestigde mondelinge overeenkomst;
hetzij in een vorm die wordt toegelaten door de handelwijzen die tussen de partijen gebruikelijk zijn geworden;
hetzij, in de internationale handel, in een vorm die overeenstemt met een gewoonte waarvan de partijen op de hoogte zijn of hadden behoren te zijn en die in de internationale handel algemeen bekend is en door partijen bij dergelijke overeenkomsten in de betrokken handelsbranche doorgaans in acht wordt genomen.
5.8.
In de onderhavige forumkeuze hebben partijen het gerecht in Velletri, Italië, als bevoegd gerecht aangewezen, derhalve een gerecht van een lidstaat in de zin van artikel 25 van de EEX II-Vo.
5.9.
Tussen partijen is niet in geschil
- dat hun geschil in de onderhavige zaak primair een geschil is dat wordt bestreken door de onderhavige forumkeuze,
- dat deze forumkeuze materieel rechtsgeldig is, en
- dat deze forumkeuze ook aan een (of meer) van de onder a-c genoemde vormvereisten van artikel 25 EEX II-Vo voldoet.
5.10.
Op grond van de voorlaatste volzin van het eerste lid van artikel 25 EEX II-Vo is de bevoegdheid van een in een forumkeuze aangewezen gerecht of aangewezen gerechten exclusief, tenzij de partijen bij deze forumkeuze anders zijn overeengekomen. Gesteld noch gebleken is dat Cemat en SGT een dergelijke afwijkende afspraak hebben gemaakt. Op grond van de onderhavige forumkeuze is de bevoegdheid van het gerecht in Velletri derhalve een exclusieve bevoegdheid in de zin van het eerste lid van artikel 25 EEX II-Vo.
5.11.
Anders dan Cemat van mening lijkt te zijn, volgt uit artikel 25 EEX II-Vo niet dat voor de toepasselijkheid van dit artikel op een forumkeuze noodzakelijk is dat partijen met hun forumkeuze een regeling hebben willen treffen voor (internationale gevallen, zoals) het geval dat een zaak wordt aangebracht bij een buitenlands gerecht.
5.12.
Het bovenstaande betekent dat tussen Cemat en SGT sprake is van een rechtsgeldig overeengekomen forumkeuze, zodat deze rechtbank niet bevoegd is.
5.13.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal Cemat in de proceskosten worden veroordeeld. Deze kosten aan de zijde van SGT worden tot aan deze uitspraak begroot op:
  • vastrecht € 1.909,00
  • salaris advocaat € 452,00
  • totaal € 2.361,00.

6.De beslissing

De rechtbank
in het bevoegdheidsincident
verklaart zich onbevoegd;
veroordeelt Cemat in de proceskosten, die tot aan deze uitspraak zijn begroot op € 2.361,00;
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr C. Sikkel en in het openbaar uitgesproken op 13 juli 2016.
901/1573