Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding
- de producties van Avineon
- de producties van Stedin
- de mondelinge behandeling op 16 augustus 2016
- de pleitnota van Avineon
- de pleitnota van Stedin.
2.De feiten
Stedin heeft een niet-openbare aanbestedingsprocedure gestart voor het ‘vectoriseren van huisaansluitingen in het bedrijfsmiddelenregister (BMR) in E-GIS’.
3.Beoordeling van de Inschrijvingen
3.Het geschil
4.De beoordeling
De term onaanvaardbare prijs is echter een begrip waarvan de betekenis nergens in de aanbestedingsstukken of AW 2012 is uitgewerkt, zodat daaruit niet is af te leiden wat voor grond het oplevert om niet met Avineon in zee te gaan. Voor zover Stedin in haar stellingen, al dan niet (on)bewust, voortborduurt op de terminologie van de Bass, die de mogelijkheid bood voor de aanbestedende dienst om de procedure te vervolgen met bijvoorbeeld een onderhandelingsprocedure, indien inschrijvers met een onaanvaardbaar hoge prijs hadden ingeschreven, geldt dat het besluit Bass met de inwerkingtreding van de AW 2012 is komen te vervallen, zodat die bepaling voor de beoordeling in dit kort geding niet langer relevant is. De eventuele mogelijkheid om na het afronden van een aanbestedingsprocedure af te zien van het sluiten van een overeenkomst, omdat de prijs naar het oordeel van het speciale-sectorbedrijf onaanvaardbaar hoog is, zal hierna aan de orde komen.
De voorzieningenrechter zal, in goede justitie, de datum waarbinnen voornoemde gunningsbeslissing moet zijn genomen stellen op vier weken na de datum van dit vonnis.
maximaal(cursief: voorzieningenrechter) twee inschrijvers een raamovereenkomst zou worden gesloten onvoldoende om aan te nemen dat, zoals Stedin stelt, voor elke inschrijver duidelijk moet zijn geweest dat ook kon worden afgeweken van de strekking van de aanbesteding (dat de uitkomst twee overeenkomsten zou opleveren) in die zin dat slechts één overeenkomst zou kunnen worden gesloten.
5.De beslissing
€ 1.512,75 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na heden tot aan de dag der algehele voldoening, en voorts te vermeerderen met nakosten ad € 131,- respectievelijk € 199,- ingeval van betekening van dit vonnis;