In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 5 oktober 2016, heeft eiseres, een chronisch zieke vrouw die samen met haar dochter in een woning woont, een kort geding aangespannen tegen de naamloze vennootschap gedaagde. De eiseres vorderde dat de aangekondigde executoriale verkoop van haar woning, die gepland stond voor dezelfde dag, niet zou doorgaan. De eiseres had een betalingsachterstand van € 3.078,53 en had eerder loonbeslag laten leggen door gedaagde vanwege deze achterstanden. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen misbruik van recht was door gedaagde, omdat eiseres geen concrete betalingsvoorstellen had gedaan en de betalingsachterstanden al geruime tijd bestonden. De voorzieningenrechter concludeerde dat gedaagde recht had op parate executie en wees de vordering van eiseres af. Eiseres werd veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die op € 1.146,00 werden begroot.