Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
ORCEM B.V.,
WALCO REPAIR B.V.,
1.De procedure
2.De feiten
€ 25.015,50 (exclusief BTW) aan Orcem gezonden. Voorts heeft Walco op 4 april 2014 een inspectierapport met foto’s aan Orcem toegezonden, waarin onder meer is opgenomen:
14 juni 2014 een overslag in de motor voorgedaan, waardoor deze is uitgevallen en er schade aan de motor is geconstateerd. Orcem heeft de motor vervolgens voor onderzoek laten overbrengen naar Sulzer Dowding & Mills (hierna: Sulzer) in Fallkirk, Schotland.
- Het is duidelijk dat de vorige reparatie niet goed is uitgevoerd.
- Er zijn tekenen van barsten/afschilferen van isolatiemateriaal op de plaats waar de rotorstaven bij de vorige reparaties omhoog zijn gebracht en niet opnieuw zijn geïsoleerd.
- De nieuwe clips van de rotorstaven waren niet volledig gesoldeerd om een goede verbinding te maken, met als gevolg dat in de verbinding buitensporige hitte ontstond.
- De clips zijn te groot en hebben de afstand tussen de stangen verkleind, hetgeen overslag zou hebben kunnen veroorzaakt.
- De isolatie op de gerepareerde clips is zeer minimaal en lijkt een mogelijke oorzaak te zijn geweest.
- Het dichtingsmateriaal is niet verduurzaamd voordat de bovenste band werd aangebracht.”
Agreed Protocols and methodology for the repair of e-motor belonging to Ecocem Materials and to be repaired under warranty by Walco” (hierna: Agreed Protocols). In artikel 3 van de Agreed Protocols is onder meer opgenomen:
Damage to motor parts being part of recent repair by Walco
GEBREKKIGE ISOLATIE bij de eerste reparatie
HOGE TEMPERATUREN OP GESOLDEERDE STAVEN en/of CLIPS (slecht materiaal en/of een dunner geleidend oppervlak)
- Wij hebben nog vraagtekens bij de solderingen op twee plaatsen: gerepareerde staven (kwaliteit) en gerepareerde clips (sporen van verbrande clips zonder overslag).
- Isolatie- en impregneerprocedures bij de reparatie.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Toerekenbare tekortkoming
8, 9 en 10 juli 2014 tussen [Group Projects Director van moedervennootsch van Orcem] en [Division Manager van Walco] . Orcem was steeds in de veronderstelling dat [Division Manager van Walco] bevoegd was om Walco te vertegenwoordigen en mocht redelijkerwijs ook vertrouwen op zijn vertegenwoordigingsbevoegdheid. De offerte voor de reparatiewerkzaamheden is door hem getekend. De bestuurder van Walco, [bestuurder van Walco] (hierna: [bestuurder van Walco] ), heeft de e-mails bovendien in CC ontvangen, aldus Orcem.
e-mailwisseling blijkt echter niet zonder meer dat partijen met elkaar de afspraken hebben gemaakt die zijn opgenomen in de door Orcem overgelegde Agreed Protocols. De mededeling van [Division Manager van Walco] in zijn e-mail van 8 juli 2014 dat dit document “
is noted”, kan ook aldus worden opgevat dat Walco kennis heeft genomen van de Agreed Protocols. Een expliciete akkoordverklaring met de Agreed Protocols blijkt uit de e-mailwisseling niet; in de bevestiging van het telefoongesprek (zie hiervoor onder 2.13) wordt dit aspect ook niet genoemd. Nu de gemotiveerde stelling van Orcem door Walco gemotiveerd is betwist, rust ingevolge de hoofdregel van artikel 150 Rv op Orcem de bewijslast van haar stelling dat partijen in juli 2014 een schaderegelingsovereenkomst hebben gesloten, waarvan de inhoud is weergegeven in de Agreed Protocols. Orcem zal, conform haar aanbod, worden toegelaten tot het bewijs van haar stelling.
5.De beslissing
acht wekenna de datum van dit vonnis schriftelijk aan de rechtbank -
Administratie haven en handel, afdeling planningsadministratie, kamer E12.43, Postbus 50954, 3007 BR Rotterdam, faxnummer 088-36 10555- de namens haar te horen getuigen en de verhinderdagen van de getuigen, alle partijen en hun advocaten in de maanden januari tot en met mei 2017 moet opgeven, waarna dag/dagen en uur van het getuigenverhoor zal worden bepaald;
Administratie haven en handel, afdeling planningsadministratie, kamer E12.43, Postbus 50954, 3007 BR Rotterdam, faxnummer 088-36 10555- en de wederpartij moeten toesturen;