Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 2 maart 2016, met producties 1 en 2,
- de conclusie van antwoord, met een productie,
- het vonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald,
- de akte overlegging producties van de curator, met producties 3 en 4,
- het proces-verbaal van comparitie van 6 oktober 2015,
- de brief van mr. Luten van 19 oktober 2015, waarin opmerkingen over het proces-verbaal zijn opgenomen,
- de brief van de rechtbank van 5 februari 2016, waarin een voortzetting van de comparitie is bepaald op 3 mei 2016,
- het verzoek tot aanhouding van de comparitie,
- de brief van de rechtbank van 7 juni 2016, waarin de voortzetting van de comparitie is bepaald op 5 september 2016,
- de door mr. Ramsoedh behoeve van de voortzetting van de comparitie overgelegde stukken,
- het proces-verbaal van voortzetting van comparitie van 5 september 2016.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
447.975,69
429,65 + PM
8.027,50(2,5 punten × tarief € 3.211,00)