Op 4 november 2016 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, vertegenwoordigd door gemachtigde J. Veltman. De rechtbank heeft het beroep van de eiser gegrond verklaard en het besluit van 22 februari 2016 vernietigd. Eerder had de verweerder op 12 oktober 2015 een boete van € 140,- opgelegd aan de eiser, omdat deze niet tijdig informatie over zijn pensioen had doorgegeven. Tijdens de zitting heeft de verweerder aangegeven dat hij, vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Beleidsregel boete werknemer 2017, de rechtbank verzoekt om de boete te herroepen en in plaats daarvan een schriftelijke waarschuwing te geven. De eiser heeft ingestemd met dit voorstel. De rechtbank heeft, gezien de nieuwe beleidsregel die meer ruimte biedt voor het opleggen van waarschuwingen in plaats van boetes, besloten de boete te herroepen en de eiser een schriftelijke waarschuwing te geven. Tevens is bepaald dat de verweerder het door de eiser betaalde griffierecht van € 46,- vergoedt. Deze uitspraak is ondertekend door mr. C.A. Schreuder, rechter, en mr. drs. C.M. Steemers, griffier.