Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 14 oktober 2016, met producties;
- de bij brieven van 17 oktober en 21 oktober 2016 overgelegde producties aan de zijde van [gedaagde];
- de bij brieven van 21 oktober en 27 oktober 2016 overgelegde nadere producties aan de zijde van Havensteder;
- de pleitaantekeningen aan de zijde van [gedaagde].
2.De vaststaande feiten
3.De stellingen van partijen
Ik maak je af’. Ook heeft hij tegen [G.] gezegd dat [gedaagde] en hij veel geld in de winkel hebben gestopt en dat als hun winkel ook maar een klein beetje minder zou gaan lopen, hij [G.] kapot zou maken. [G.] en [gedaagde] hebben elkaar over en weer geduwd. Hierna heeft [G.] de deur dicht gedaan, waarna [P.] hard op het raam heeft gebonkt en de bel ingedrukt heeft gehouden.
4.De beoordeling
“lokaal drukpijnlijke zwelling in of rond de triceps”niet vaststaat dat die klacht verband houdt met het voorval van 3 september 2016. De verklaring van de huisarts dateert immers van 25 oktober 2016.