Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 11 maart 2015 en de daaraan ten grondslag liggende stukken
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 28 tot en met 40
- de brief van mr. Jonker van 25 september 2015, met producties 30 tot en met 34
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 28 tot en met 40
- het proces-verbaal van comparitie van 12 oktober 2015, met de daaraan gehechte vier
- de akte uitlating producties van Willett, met producties 35 tot en met 41
- de antwoordakte tevens houdende akte vermindering van eis van OBM, met producties 41
2.De feiten
- OBM zal voor Willett SRF inslaan, behandelen, opslaan en overslaan;
- BMC bevochtigt de SRF voorafgaand aan het vervoer naar OBM, met een vochtgehalte
- normaal gesproken zal niet meer dan 4.000 ton SRF bij OBM worden opgeslagen;
- inkomende vrachtwagenladingen worden bij binnenkomst op de weegbrug van OBM
- “
- het materiaal wordt per binnenschip of kustvaartschip afgevoerd, waarbij de klant het
OBM will keep an inventory control, to define tonnage SRF in store every day: due to
- outside storage costs based on one stockpile 0,07 euro/ton/day
- loading ship from storage, using crane 2,50 euro/ton
- loading ship from storage, using ramp 1,80 euro/ton
- logistical coordination between BMC, OBM, SRF-
- dat “
- dat “
Starting from 1st november 2012 the following costs will be invoiced to Willett directly:
6 separate compartments of 500 tons each fix cost 50.000,- euro/year
rent overpayment” zou opgeven, en OBM reageerde daarop instemmend.
extra storage costsdoor OBM over te hoge (voorraad)volumes zijn berekend, dat de sinds juli 2011 toegepaste 8 procent volumetoeslag 4,62 procent had moeten bedragen om het tonnage 8288,584 per 8 september 2013 te laten kloppen.
Nadat we afgelopen week 2 nog schepen assen ex BMC hebben weggeladen op OBM, konden we vanochtend de best mogelijke voorraadopname bepalen voor alle partijen en deze terugrekenen naar de eindvoorraad per 15 sep 2013. De eindvoorraad per 15 sep 2013 aan assen ex BMC bedroeg daarmee:
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
extra storage costsals de in eerdere facturen berekende
extra storage costs.
extra storage costsin de reeds betaalde en nog openstaande facturen te hoog berekend, en zij betwist dat zij de gefactureerde
processing costs(geheel) is verschuldigd. Zij verlangt in conventie (gedeeltelijke) afwijzing van de gevorderde, nog onbetaalde,
extra storage costsen
processing costs.
processing costsen
extra storage costs. Subsidiair beroept zij zich op opschorting.
OBM is free to make adjustments on the intake tonnage (at present 8 %), such that theoretical and practical storage levels match as much as possible.” (zie 2.6),
extra storage costs, die OBM in rekening mocht brengen als zij voor Willett meer dan 5600 ton in opslag had,
extra storage costsin haar facturen gebaseerd.
extra storage costsover weken 21 tot en met 37 van 2013 had berekend.
extra storage costsover 15 september 2012 tot en met 3 februari 2013 gecorrigeerd, in die zin dat zij over deze periode niet langer een vochtcorrectiepercentage van 8 dan wel -3 procent hanteert maar (ongeveer) 1,2 procent. Zij heeft haar vordering dienovereenkomstig verminderd.
extra storage costsheeft betaald en (iii) Willett recht heeft op teruggave van het teveel betaalde.
extra storage costsde juiste (historische) tonnages vanaf de laatst vastgestelde 6.255 ton moeten worden teruggerekend tot aan de voorlaatste voorraadvaststelling in juli 2011, met inachtneming van de ‘kale’ ingekomen tonnages, dus zonder dat daarover een opslag wordt berekend. De zonder recht aan Itema meegegeven 977 ton behoren daarin op geen enkel moment als onderdeel van de voorraad van Willett te worden meegerekend, aldus Willett. Zij stelt daarnaast dat OBM vanaf een zeker moment geen bevochtiging meer heeft verricht, dat zij dus ook geen recht heeft op de daarmee gemoeide
processing costs, terwijl OBM ondeugdelijk voorraadbeheer heeft gepleegd en haar ook daarvoor geen vergoeding toekomt.
waarschijnlijk september, rb.] coordination SRF Week 35
handling costs loading SRF’(nummers 131594, 131596, 131689 en 131734) heeft Willett niet bestreden. Het debat tussen partijen roept over die facturen ook geen vragen op die aan toewijzing in de weg kunnen staan. Deze facturen voor beladingskosten zijn dus in beginsel toewijsbaar, behoudens voor zover het door Willett gedane beroep op verrekening slaagt. Zij belopen in totaal € 20.030,76.
Outside storage costs and logistical coordination SRF” (hierna ook: de weekfacturen), bestrijdt Willett de daarin opgenomen
processing costsin hun geheel en de
extra storage coststen dele (namelijk voor zover deze niet uitgaan van een vochtcorrectie van 0 procent over inkomende tonnages en daarin de aan Itema foutief uitgeleverde 977 ton zijn betrokken). Het verschil van inzicht over de
extra storage costsis echter zo fundamenteel dat de rechtbank om redenen van proceseconomie de
extra storage costsvooralsnog als geheel betwist zal beschouwen.
€ 3.261,54+
processing costs, (ii) de
extra storage costsen (iii) de extra factuur (nummer 140328).
additional storage if required > 5600 tons’ € 0,07 per ton per dag te berekenen. OBM mocht dus
extra storage costsberekenen over de voor Willett opgeslagen voorraad voor zover deze groter was dan 5.600 ton.
extra storage costsover de weken 21 tot en met 35 van 2013 in rekening bracht, tot in totaal € 12.826,54.
After reviewing the project from 2013, we found a mistake in your project at week 21. We have put the vessel Bonay two times in the project (on 20/05/2013 and on 21/05/2013) with a weight 1761.888 tonnes.
extra storage costsrekent, welk bedrag ongeveer overeenkomt met het tarief van € 0,07 per ton per dag berekend over de 1.761,888 ton die op 20 mei 2013 met de Bonay werd afgevoerd en op 21 mei 2013 ten onrechte ten tweede male van de voorraad van Willett was afgetrokken.
extra storage costsgedaan en haar vordering gewijzigd.
extra storagecosts, van Willett te vorderen te hebben, legt zij productie 46 over. Productie 46 bestaat uit drie overzichten met betrekking tot de periode van 17 september 2012 tot en met 15 september 2013. Deze stukken zijn nauwelijks inhoudelijk toegelicht.
Gefactureerd’ bevat een specificatie van kosten over de genoemde periode en sluit af met de woorden ‘
Totaal gefactureerd € 443.124,68’. Het overzicht legt geen zichtbaar verband met geadministreerde tonnages. De term ‘
Gefactureerd’ impliceert dat het tweede overzicht ziet op de facturen die OBM feitelijk heeft verstuurd voor de werkzaamheden uit de periode van 17 september 2012 tot en met 15 september 2013 (gebaseerd op tonnages waarin een opslag van 8 procent was verwerkt).
extra storage costsalleen in weken 36 en 37 (vrijwel) gelijk zijn aan het saldo van de in het overzicht ‘
Gefactureerd’ onder ‘
extra storage’ vermelde dagbedragen:
Gefactureerd’ dezelfde bedragen voor
extra storage costsin deze weken bevat als die welke als ‘
extra storage costs na verhoging’ voorkomen in de bijlage bij de extra factuur van 24 februari 2014 (zie r.o. 4.21). Kennelijk is in dit overzicht ‘
Gefactureerd’ de extra factuur van 24 februari 2014 wel (tot op factuurniveau) verdisconteerd (maar de tonnagecorrectie die ten grondslag lag aan de eerste creditfactuur niet).
Facturatie met 1,205 % vocht vanaf 15 sep 2012’. Het sluit af met ‘
Totaal te factureren € 416.299,323 - verschil totaal € 26.825,36’. Het derde overzicht gaat kennelijk uit van een opslag van 1,205 procent en daarmee van de tonnages genoemd in het eerste overzicht.
extra storageandere bedragen dan het tweede overzicht. Volgens het tweede overzicht heeft OBM over genoemde periode € 96.301,70 gefactureerd (op basis van tonnages bepaald onder toepassing, waar relevant, van een opslag van 8 procent). Volgens het derde overzicht had OBM € 69.476,34 mogen factureren (op basis van tonnages onder toepassing, waar relevant, van een opslag van 1,205 procent). Ook in het derde overzicht is de correctie die leidde tot de extra factuur al verwerkt en zijn de nog onbetaalde facturen begrepen.
extra storage coststeveel gefactureerd € 26.825,36.
extra storage costsdaarom niet correct waren.
extra storage costsin welke factuur Willett in haar visie sedert 17 september 2012 teveel heeft betaald, en op hoeveel van de in conventie gevorderde
extra storage costszij niet langer aanspraak maakt. Zij heeft niet, zoals op haar weg lag, het uiteindelijk gecrediteerde bedrag uitgesplitst en toegerekend aan de verschillende weekfacturen, opdat inzichtelijk werd hoe die weekfacturen uiteindelijk in haar hadden visie hadden moeten luiden, onder vermelding van de door haar daarin gehanteerde (gecorrigeerde) tonnages.
eenvoudige (benaderings)methode’ met haar productie 52 (‘
not as accurate as OBM day to day spreadsheets, but giving a good indication’) komt neer op een afrekening op basis van een fictie (namelijk dat het aan het eind van de samenwerking gesignaleerde fysieke tekort ten opzichte van de administratieve voorraad door haar zonder toelichting gesteld op 2.170 ton - gelijk staat aan het gemiddeld ontbreken van de helft van die 2.170 op iedere dag tussen 15 september 2012 tot en met 15 september 2013). Nu Willett deze benadering niet aanvaardt en aanspraak maakt op een waarheidsgetrouwe afrekening behoeft dit voorstel van OBM geen bespreking.
extra storage costsbetrekking heeft in eerste instantie uit de vordering in conventie te elimineren. De
extra storage costsmoeten integraal worden herberekend. Na herberekening kunnen de in conventie gevorderde
extra storage costsover weken 31 tot en met 37 van 2013 tegelijk met de aanspraken op terugbetaling van in het verleden teveel betaalde
extra storage costsworden afgedaan. De juistheid van de gecrediteerde bedragen behoeft dan geen afzonderlijke beoordeling.
extra storage costszien (r.o. 4.14)
€ 28.805,98 +
extra storage costsen
processing costswaarop OBM na herberekening over de weken 31 tot en met 37 van 2013 recht zal blijken te hebben.
extra storage costsen
processing costsover het verleden teveel heeft betaald voor die kostensoorten.
extra storage costste berekenen, zal de rechtbank beslissen op de daarvoor relevante geschilpunten.
extra storage costs.
extra storage costsen de
processing costsook deze 977 ton moeten worden betrokken. Voor schadevergoeding door OBM wegens de foutieve uitlevering ziet de rechtbank geen aanleiding.
extra storage costsis terug te voeren op de gewijzigde werkwijze bij BMC, die vanaf een zeker moment meer water aan de SRF is gaan toevoegen dan tevoren. De rechtbank ziet onvoldoende aanleiding om bij een andere begindatum voor herziening van de
extra storage costsaan te knopen dan het moment waarop BMC meer water gingen toevoegen dan voorheen.
extra storage costsheeft betaald, leidt niet tot een ander oordeel. Weliswaar is denkbaar is dat al eerder de correctiefactor van 8 procent geen waarheidsgetrouwe administratieve voorraad opleverde, maar dit kan dan niet worden verklaard uit de gewijzigde werkwijze van BMC en onvoldoende concreet gesteld en aannemelijk gemaakt is dat OBM daarvan over die eerdere periode dan een verwijt trof.
extra storage costsvan week tot week hadden moeten worden gefactureerd, moet voor iedere week in die periode het tonnage in voorraad gehouden SRF worden bepaald.
extra storage costswordt genegeerd.
extra storage costszij van week tot week in rekening had mogen brengen in de correctieperiode. Ook hierover dient haar akte inzicht te verschaffen.
extra storage costszij thans nog te vorderen heeft over de weken 31 tot en met 37 van 2013.
extra storage costsover de weken 31 tot en met 37 van 2013 dient vervolgens bij het in r.o. 4.35 berekende bedrag te worden opgeteld. Daarover zijn rente noch kosten verschuldigd (zie r.o. 4.32).
extra storage costs.
extra storage costsover die weken feitelijk aan OBM heeft betaald en daarvan af te trekken het bedrag dat zij volgens haar herberekeningen aan
extra storage costswas verschuldigd.
processing costs.Willett stelt dat het na de werkwijzeverandering van BMC in september 2012 niet meer nodig was om de SRF te koelen, te mixen of te bevochtigen en dat OBM dit dus ook niet meer heeft gedaan.
processingwerkzaamheden plaats, aldus Willett.
processing costszijn dus niet verschuldigd, en hetgeen ter zake sinds 10 september 2012 teveel is betaald moet terugbetaald, al dan niet door middel van verrekening. In totaal is tussen 10 september 2012 tot en met 15 september 2013 ruim € 120.000 aan onterechte
processing costsgefactureerd, aldus nog steeds Willett.
processing costsover de ingeslagen tonnages worden berekend. Zij zijn het erover eens dat die kosten niet gerelateerd zijn aan het vochtpercentage van het product of de duur van de opslag.
processingheeft plaatsgevonden, conform de laatste omschrijving daarvan in de overeenkomst: “
receiving, cooling, mixing, bringing in store”.
processingwerkzaamheden zijn uitgevoerd, hoofdzakelijk het oog te hebben op andere dan de hier bedoelde werkzaamheden. Ten tweede lijkt haar standpunt vooral gegrond op speculaties na een incidentele waarneming van een lege werkvloer waarop normaal gesproken de
processing/
special handlingplaatsvond.
processinghet overeengekomen tarief te betalen.
processingtarief uitgesplitst. Voor ‘
Moisturising of product’hebben zij - nadat OBM jarenlang de binnenkomende SRF daadwerkelijk had bevochtigd - een prijs per ingeslagen ton bepaald. Deze specifieke en tonnageafhankelijke tarifering wijst erop, mede gelet op r.o. 4.8, dat de overeenkomst zo moet worden uitgelegd dat dit tarief niet is verschuldigd indien deze specifieke taak niet wordt verricht. Dat partijen iets ander voor ogen stond of zich hierover in andere zin hebben uitgelaten ten tijde van het sluiten van de overeenkomst, is niet gesteld of gebleken.
logistical coordination between BMC, OBM, SRF-off-takers and shipping lines”. Sprake was ook van het wegen van inkomende vrachtwagenladingen en het inplannen van het aanmeren en beladen van schepen. Dat de hier bedoelde werkzaamheden zijn verricht, staat niet ter discussie.
processing costszij thans nog te vorderen heeft over de weken 31 tot en met 37 van 2013. Zij dient hiertoe conform r.o. 4.53 de bevochtigingskosten uit haar facturen te elimineren.
processing costsover de weken 31 tot en met 37 van 2013 dient vervolgens bij het in r.o. 4.35 berekende bedrag te worden opgeteld. Ook hierover zijn rente noch kosten verschuldigd.
processing costs.
processing costsover die weken feitelijk aan OBM heeft betaald en daarvan af te trekken het bedrag dat zij volgens haar herberekeningen aan
processing costswas verschuldigd.
5.De beslissing
17 mei 2017voor het nemen van een akte door OBM over hetgeen is vermeld onder 4.43, 4.44, 4.45, 4.46 en 4.56, waarna Willett daarover en over hetgeen is vermeld onder 4.47 en 4.57 op de rol van zes weken daarna een antwoordakte kan nemen, waarop OBM op de rol van zes weken daarna bij akte uitlating mag reageren,