Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het tussenvonnis van 13 november 2015 (hierna: het tussenvonnis) alsmede de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- het faxbericht van de advocaat van Carisma van 23 november 2015;
- het faxbericht van de advocaat van Carisma van 9 december 2015;
- de akte van MMS van 10 december 2015;
- de brief van de advocaat van MMS van 25 februari 2016, met bijlagen;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 9 maart 2016;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 22 juni 2016;
- de conclusie na enquête tevens akte quantificering nevenvordering van MMS, met zes producties;
- de antwoordconclusie na enquête tevens antwoordakte van Carisma.
2.De verdere beoordeling2.1 In het tussenvonnis is MMS toegelaten tot het bewijs dat [heer x] met [heer y] op 1 november 2013 mondeling is overeengekomen dat de Metaalunievoorwaarden van toepassing zouden zijn op de overeenkomst tussen MMS en Carisma.
NJ1997, 22 en HR 22 december 1995,
NJ1997, 23. De verklaring van [heer x] strekt echter wél tot aanvullend bewijs op de verklaring van [heer z] in de zin van het tweede lid van artikel 164 Rv, aangezien deze verklaring van [heer x] zodanig sterk is en zodanig essentiële punten betreft dat zij om de hierboven in de eerste alinea van rov. 2.4 uiteengezette redenen de verklaring van [heer z] tegenover de verklaring van [heer y] voldoende geloofwaardig maakt. Zie HR 31 maart 2995,
NJ1997, 592. MMS is dan ook geslaagd in haar bewijs dat [heer x] met [heer y] op 1 november 2013 mondeling is overeengekomen dat de Metaalunievoorwaarden van toepassing zouden zijn op de overeenkomst tussen MMS en Carisma.
salaris gemachtigde € 450,00 (1,5 punt x € 300,00)
3.De beslissing
€ 300,00 aan salaris voor de gemachtigde;