ECLI:NL:RBROT:2017:5118
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.G.L. de Vette
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete wegens overtredingen van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen en Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 5 juli 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Eiseres, een onderneming die eetwaren en cosmeticaproducten verkoopt, kreeg op 27 mei 2016 een bestuurlijke boete van € 2.625,- opgelegd wegens twee overtredingen van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen en één overtreding van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen. De overtredingen werden vastgesteld tijdens een controle door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op 7 maart 2016, waarbij ernstige hygiëneproblemen werden geconstateerd, zoals verontreiniging met muizenuitwerpselen en het in de handel brengen van ongeschikte levensmiddelen.
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van de minister, maar dit werd ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 12 juni 2017 heeft eiseres betoogd dat de boete gematigd had moeten worden vanwege bijzondere omstandigheden, zoals een muizenplaag die haar verraste. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres als exploitant van een levensmiddelenbedrijf verantwoordelijk is voor de hygiëne en dat de opgelegde boete niet onevenredig hoog was. De rechtbank concludeerde dat de minister terecht had gehandeld door de boete op te leggen en dat er geen aanleiding was om deze te matigen.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en oordeelde dat de opgelegde boetes rechtmatig waren. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van ondernemers voor de voedselveiligheid en de naleving van hygiënevoorschriften.