ECLI:NL:RBROT:2017:5262

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 juli 2017
Publicatiedatum
6 juli 2017
Zaaknummer
5702440 / BM VERZ 17-652
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming tot wijziging testament onder beschermingsbewind

In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, uitgesproken op 7 juli 2017, is het verzoek behandeld van twee verzoekers die als bewindvoerders optreden over het vermogen van een rechthebbende. Het verzoek betreft de toestemming om het testament van de rechthebbende te wijzigen op basis van artikel 4:55 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De procedure begon met een verzoekschrift dat op 6 februari 2017 ter griffie is ingekomen, gevolgd door een mondelinge behandeling op 30 juni 2017.

Tijdens de mondelinge behandeling hebben de verzoekers hun verzoek verduidelijkt. In plaats van toestemming te vragen om een nieuw testament op te stellen namens de rechthebbende, vroegen zij de kantonrechter om toestemming te verlenen aan de rechthebbende zelf om dit te doen. De kantonrechter overweegt dat volgens artikel 4:55 BW alleen handelingsbekwame personen uiterste wilsbeschikkingen kunnen maken. Artikel 3:32 BW stelt dat iedere natuurlijke persoon bekwaam is tot het verrichten van rechtshandelingen, tenzij de wet anders bepaalt. Personen onder curatele zijn in beginsel onbekwaam, maar voor degenen onder beschermingsbewind geldt dat zij, in tegenstelling tot curatele, handelingsbekwaam zijn.

De kantonrechter concludeert dat er geen reden is om de toestemming van de kantonrechter naar analogie toe te passen op personen onder beschermingsbewind. Bovendien wordt opgemerkt dat, zelfs als de kantonrechter toestemming geeft aan een onder curatele gestelde, de eis blijft bestaan dat de testateur wilsbekwaam moet zijn op het moment van het opstellen van het testament. De notaris is verantwoordelijk voor het vaststellen van de wilsbekwaamheid. Gezien deze overwegingen concludeert de kantonrechter dat het verzoek van de verzoekers niet kan worden ingewilligd en wijst het verzoek af.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 5702440 / BM VERZ 17-652
uitspraak: 7 juli 2017

beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,

in het verzoek van:

[verzoeker 1],

wonende te [plaatsnaam],
en
[verzoeker 2],
wonende te [plaatsnaam],
verzoekers,
bewindvoerders over het vermogen van:
[rechthebbende],
wonende te [plaatsnaam],
rechthebbende.

Verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met bijlagen zoals ingekomen ter griffie op 6 februari 2017;
  • de aantekening van de griffier dat een mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 30 juni 2017.

Het verzoek

1. Het verzoekschrift strekt ertoe dat toestemming wordt verleend tot het wijzigen van het testament van rechthebbende op grond van artikel 4:55 lid 2 BW.

Beoordeling van het verzoek

2. Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling hebben verzoekers hun verzoek aldus nader gepreciseerd dat niet wordt verzocht om toestemming te verlenen aan de bewindvoerders om namens de rechthebbende een nieuw testament op te mogen maken. Het verzoek strekt ertoe dat de kantonrechter, naar analogie van artikel 4:55, tweede lid, BW, aan rechthebbende zelf toestemming verleent dit te doen. Hieromtrent overweegt de kantonrechter als volgt.
3. Ingevolge artikel 4:55 BW kunnen zij die handelingsbekwaam zijn, uiterste wilsbeschikkingen maken. Artikel 3:32 BW bepaalt dat iedere natuurlijke persoon bekwaam is tot het verrichten van rechtshandelingen, voor zover de wet niet anders bepaalt. Een onder curatele gestelde is in beginsel onbekwaam om rechtshandelingen te verrichten (artikel 1:381 BW), maar voor personen die onder beschermingsbewind staan, is, anders dan in het geval van curatele, geen uitzondering gemaakt op de regel dat iedere natuurlijke persoon
– kort gezegd – handelingsbekwaam is. Er is dan ook geen reden om de in artikel 4:55 lid 2 BW bedoelde toestemming van de kantonrechter naar analogie (ook) toe te passen op personen op wie een beschermingsbewind van toepassing is.
4. Wellicht ten overvloede wordt nog opgemerkt dat ook indien, in het geval van een onder curatele gestelde, de kantonrechter zijn toestemming om te mogen testeren heeft gegeven, de eis blijft gelden dat de testateur daartoe (wils)bekwaam dient te zijn op het ogenblik dat het testament wordt gemaakt. Het is de notaris die zich ervan moet overtuigen of iemand al dan niet in staat is om zijn of haar wil te bepalen. Dat is bij curatele niet anders dan bij beschermingsbewind.
5. Gelet op al het voorgaande moet worden geconcludeerd dat de kantonrechter in het onderhavige geval geen rol heeft c.q. dat verzoekers geen belang hebben bij het gedane verzoek. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

Beslissing

De kantonrechter:
wijst het verzoek af.
Deze beslissing is gegeven door mr. P. Joele en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
24135