Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Penitentiaire Inrichting Dordrecht,
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 2 ten laste gelegde feit.
- bewezenverklaring van de onder 1, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal melden bij de reclassering, zich klinisch zal laten opnemen voor de duur van maximaal 6 maanden en zich zal onthouden van het gebruik van verdovende middelen en alcohol;
- voorts wordt geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] , toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] tot € 43.407,- en toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 3] tot € 283,36, waarbij laatstgenoemde twee vorderingen voor het overige niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard.
4.Waardering van het bewijs
12maart 2017 tot en met 13 maart 2017 te Nieuwe-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee, opzettelijk en wederrechtelijk een of meer windturbines, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en / of beschadigd en / of onbruikbaar gemaakt door;
op12 maart 2017 te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee, opzettelijk en wederrechtelijk een of meerdere ruiten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en / of beschadigd;
Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee, [naam slachtoffer 4] heeft mishandeld door met kracht de portierdeur van een auto tegen [naam slachtoffer 4] aan te drukken/duwen en/of dicht te klemmen;
op13 april 2017 te Oude-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen
- [naam benadeelde 2] ter zake van het onder 1 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 53.407,- aan materiële schade;
- [naam benadeelde 3] ter zake van het onder 4 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 2.462,20 aan materiële schade;
- [naam benadeelde 1] ter zake van het onder 5 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 2.664,42 aan materiële schade.
- de vordering van [naam benadeelde 2] voor € 43.407,- dient te worden toegewezen en dat daarbij de schadevergoedingsmaatregel dient te worden opgelegd. Voor het overige dient de vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard wegens het ontbreken van de onderbouwing daarvan;
- de vordering van [naam benadeelde 3] voor € 283,36 dient te worden toegewezen en dat daarbij de schadevergoedingsmaatregel dient te worden opgelegd. Voor het overige dient de vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard wegens het ontbreken van de onderbouwing daarvan;
- de vordering van [naam benadeelde 1] dient in zijn geheel niet-ontvankelijk te worden verklaard, omdat deze vordering ziet op een feit dat niet aan de verdachte ten laste is gelegd.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 9 (negen) maanden;
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- de veroordeelde zal zich gedurende de proeftijd melden bij Reclassering Nederland aan de [adres] te Rotterdam, zo zolang en frequent de reclassering dit noodzakelijk acht;
- de veroordeelde zal zich klinisch laten opnemen in Delta Psychiatrisch Centrum, althans een soortgelijke instelling, en zal zich houden aan de aanwijzingen die door of namens de (geneesheer-)directeur van die instelling worden gegeven, gedurende 6 maanden, of zoveel korter als de reclassering in overleg met de (geneesheer-)directeur van die instelling verantwoord vindt;
- de veroordeelde zal zich gedurende de proeftijd onthouden van het gebruik van verdovende middelen en alcohol, onder de verplichting ten behoeve van de naleving van dit verbod mee te werken aan bloedonderzoek en/of urineonderzoek, zolang de reclassering dit noodzakelijk vindt.
[naam benadeelde 1]niet-ontvankelijk in haar vordering;
[naam benadeelde 2]te betalen een bedrag van
€ 43.407,- (zegge: drieënveertigduizend en vierhonderd-en-zeven euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf
[naam benadeelde 3]te betalen een bedrag van
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 3]te betalen
€ 608,36(hoofdsom,
zegge: zeshonderd-en-acht euro en zesendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 maart 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening;
12 dagen;