Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 3 november 2016 met producties
- de conclusie van antwoord
- de brief van 8 februari 2017 waarin de rechtbank partijen oproept voor een comparitie van
- de zittingsagenda van 4 april 2017
- de brief van 4 mei 2017 met aanvullende producties van ECT
- de brief van 8 mei 2017 met een aanvullende productie van OTX
- de spreekaantekeningen van OTX
- het proces-verbaal van comparitie van 22 mei 2017.
Dat tussen OTX en ECT (“Partijen”) geschillen zijn ontstaan over de uitlevering van containers zoals omschreven in de kort geding dagvaarding die op 9 september 2016 is betekend.
ECT stuurt OTX vandaag, 12 september 2016, een generieke onderbouwing van de kosten van Euro 500,- per conventionele container waarvoor zij een retentierecht uitoefent zodat zij haar cliënten kan overtuigen een bijdrage van Euro 500,- per container te leveren;
OTX gaat akkoord met het bedrag van Euro 500,- per container voor handlingskosten van ECT, te voldoen uit de bedragen die op de derdenrekening staan bij de Stichting Derdengelden van de raadsman van ECT.
De operationele afdelingen van OTX en ECT (...) zullen de Hanjin containers die op de terminal staan en nog gaan binnenkomen in kaart brengen en ECT zal deze containers zonder vertraging uitleveren conform hetgeen is overeengekomen in sub 2 hierboven.
Voor lege geretourneerde containers zal OTX medewerking verlenen om aan de Stichting Derdengelden van de raadsman van ECT instructies te geven, deze bedragen naar ECT over te maken. Omgekeerd zal ECT medewerking verlenen om de Stichting Derdengelden van de raadsman van ECT instructies te geven om bedragen die door OTX zijn gestort (inclusief borg) en die de bovengenoemde afspraken (inclusief borg van Euro 1000,-) te boven gaan, aan OTX te retourneren.
Om de Stichting Derdengelden qua administratie niet onnodig te belasten zullen de operationele afdelingen van partijen er naar streven zo veel mogelijk “overall” instructies te geven.
Na ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, trekt OTX het kort geding in op basis van ieder eigen kosten.
Partijen zullen deze overeenkomst vertrouwelijk houden. OTX is gerechtigd om de generieke onderbouwing ex. art. 1 aan haar eigen cliënten te openbaren onder het uitdrukkelijke beding dat ook zij vertrouwelijkheid zullen betrachten. (...)”