Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 tot en met 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaar met aftrek van voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk, met een proeftijd van 5 jaar met de bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, waaronder de verplichting zich te melden bij de reclassering en de verplichting geen werkzaamheden te verrichten dan wel vrije tijd te besteden in de buurt/nabijheid van kinderen.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd;
Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaar;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
€ 10.000,- (zegge: tienduizend euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 11 juni 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 500,- (zegge: vijfhonderd euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 13 juni 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] te betalen
€ 10.000,-(hoofdsom,
zegge: tienduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 juni 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 10.000,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
85 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] te betalen
€ 500,-(hoofdsom,
zegge: vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 juni 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 500,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 10 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;