Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tussenvonnis
3.Vordering benadeelde partij ten aanzien van feit 5
4.Voorlopige hechtenis
nietde opheffing van de lopende schorsing bevelen.
5.Toepasselijke wettelijke voorschriften
6.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
2 (twee) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- de veroordeelde zal zich gedurende de proeftijd melden bij de reclassering, zo lang en frequent als de reclassering dit noodzakelijk acht;
- de veroordeelde zal zich inspannen voor het verkrijgen en behouden van een passende dagbesteding, zo lang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- de veroordeelde zal de toezichthouder toestemming geven om contact op te nemen met personen uit zijn directe omgeving, onder wie zijn ouders en school/stagebegeleiding;
- de veroordeelde zal een intakegesprek voeren bij de forensische polikliniek De Waag of soortgelijke instelling op het gebied van zijn houding en denkwijze. Indien daaruit behandelafspraken voortvloeien, zal de veroordeelde zich inspannen om zich op positieve wijze in te zetten en de behandeling op positieve wijze af te ronden, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;