In deze zaak heeft de kinderrechter op 27 november 2017 uitspraak gedaan over het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming tot ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van een jeugdige, die bij haar vriend en diens ouders verblijft. De Raad heeft onvoldoende onderzoek gedaan naar de veiligheid van de jeugdige in het netwerkpleeggezin, ondanks ernstige zorgen van de school en de politie over de vriend en zijn familie. De kinderrechter oordeelt dat de Raad zijn verantwoordelijkheid moet nemen en een gedegen onderzoek moet uitvoeren naar de vraag of het in het belang van de jeugdige is dat zij bij haar vriend en zijn ouders verblijft. De kinderrechter heeft de behandeling van de verzoeken aangehouden en de Raad opgedragen om voor 19 januari 2018 de bevindingen van het onderzoek naar de veiligheid van de jeugdige bij de familie van haar vriend aan de rechtbank en de raadsvrouw van de moeder te doen toekomen.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de jeugdige in april 2018 meerderjarig wordt en dat er dus weinig tijd is om met een eventuele kinderbeschermingsmaatregel haar ontwikkelingsbedreiging weg te nemen. De zorgen van de moeder, de school en de politie over het gedrag van de vriend van de jeugdige zijn van groot belang in deze zaak. De kinderrechter heeft de Raad verzocht om de rapportage tijdig aan te leveren, zodat de zaak op de geplande datum kan worden behandeld.