ECLI:NL:RBROT:2018:11095

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 november 2018
Publicatiedatum
6 februari 2019
Zaaknummer
C/10/561373 / HA RK 18-1284
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beperkingsprocedure aansprakelijkheid na aanvaring tussen duwboot en ponton

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 november 2018 een beschikking gegeven in een verzoekschriftprocedure. Verzoekster, Schotgroep Aannemingsbedrijf B.V., heeft verzocht om de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een aanvaring op 21 april 2015 te beperken. De aanvaring vond plaats tussen de duwboot, die door verzoekster was bevracht, en een ponton, dat eigendom was van een derde partij. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster als bevrachter van de duwboot kan worden aangemerkt, omdat de duwboot en het ponton feitelijk als een eenheid ter beschikking stonden aan verzoekster. De rechtbank heeft het verzoek toegewezen en bepaald dat de aansprakelijkheid van verzoekster ter zake van de aanvaring is beperkt tot het bedrag dat eerder in een beperkingsprocedure was vastgesteld. Dit is in lijn met de artikelen 1, 9 en 11 van de CLNI 1988, die de basis vormen voor de beperking van aansprakelijkheid in maritieme zaken. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat het door de belanghebbende gestelde zakenfonds mede strekt ter beperking van de aansprakelijkheid van verzoekster. De beschikking is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft de onderhavige procedure gevoegd met andere lopende beperkingsprocedures.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
duwboot ‘ [naam duwboot] ’
zaaknummer / rekestnummer: C/10/561373 / HA RK 18-1284

Beschikking van 6 november 2018

in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SCHOTGROEP AANNEMINGSBEDRIJF B.V.,
gevestigd te Numansdorp,
verzoekster,
advocaat mr. T. Roos te Capelle aan den IJssel.
1. Het verzoekschrift is op 26 oktober 2018 op de rechtbank ontvangen.
2. Het verzoek strekt tot:
- bepaling van de bedragen waartoe de aansprakelijkheid van verzoekster ter zake van verlies of schade als gevolg van de aanvaring op 21 april 2015 tussen de duweenheid bestaande uit de duwboot [naam duwboot] en het ponton [naam ponton] en het beweegbare gedeelte van de hefbrug te Waddinxveen is beperkt op hetzelfde bedrag als bepaald in de beschikking van 16 september 2016 in de beperkingsprocedure van [naam 1] met zaak- en rekestnummer C/10/502453 / HA RK 16-413;
- verklaring dat het namens [naam 1] gestelde beperkingsfonds (zakenfonds) moet worden aangemerkt als mede te zijn gesteld namens verzoekster;
- voeging van de onderhavige procedure met de reeds namens [naam 1] en [naam 2] en verzoekster ingeleide beperkingsprocedures met zaak- en rekestnummers: C/10/503622 / HA RK 16-473 en C/10/502452 / HA RK 16-413 en C/10/553303 / HA RK 18-691.
3. Het verzoekschrift is behandeld ter terechtzitting van 6 november 2018. Van het verhandelde ter terechtzitting is proces-verbaal opgemaakt.
4. Uit het verzoekschrift is gebleken dat verzoekster de huurder was van het aan [naam 2] in eigendom toebehorende ponton [naam ponton] ten tijde van het voorval op 21 april 2015. Verzoekster had Duw- en Sleepvaartbedrijf Touwslager B.V. (hierna: Touwslager) opdracht gegeven om het ponton van Alphen aan de Rijn naar Zierikzee te duwen. Touwslager had op haar beurt daartoe opdracht aan [naam 1] met diens duwboot [naam duwboot] gegeven.
De in het verzoekschrift genoemde belanghebbende [naam 1] heeft verzoekster aansprakelijk gesteld voor de schade die hij door de aanvaring stelt te hebben geleden.
Verzoekster kan haar mogelijke aansprakelijkheid niet alleen op basis van het zakenfonds van de [naam ponton] , maar ook op dat van de [naam duwboot] beperken. Verzoekster is immers als bevrachter van de duwboot aan te merken omdat de duwboot [naam duwboot] met het ponton [naam ponton] als een eenheid feitelijk ter beschikking stond aan verzoekster (zie Hof Den Haag, 30 augustus 2011, S&S 2012/61 Calypso en Confidence, r.o. 7).
Verzoekster is op grond van het autonoom uit te leggen artikel 1 lid 2 sub a juncto artikel 1 lid 1 CLNI 1988 gerechtigd om zich op de beperking van haar aansprakelijkheid te beroepen. De door de Provincie Zuid Holland gedane betwisting is tegenover de ruime definitie in dit artikel en de uitleg in de jurisprudentie onvoldoende onderbouwd. Op grond van artikel 9 lid 1 sub a en 11 lid 3 CLNI 1988 dient het door [naam 1] gestelde zakenfonds aangemerkt te worden als mede te zijn gesteld namens verzoekster.
5. De rechtbank zal het verzoek toewijzen zoals is verzocht.

De beslissing

De rechtbank
bepaalt dat de aansprakelijkheid van Schotgroep Aannemingsbedrijf B.V. ter zake van verlies of schade als gevolg van de aanvaring tussen de duweenheid bestaande uit de duwboot [naam duwboot] en het ponton [naam ponton] en het beweegbare gedeelte van de hefbrug te Waddinxveen op 21 april 2015 voorshands is beperkt overeenkomstig het bepaalde in de beschikking van 16 september 2016 in de beperkingsprocedure van [naam 1] met zaak- en rekestnummer C/10/502452 / HA RK 16-413,
verklaart dat het vanwege [naam 1] door middel van storting van het totale bedrag op een rentedragende bankrekening ten name van de rechter-commissaris en de vereffenaar gevormde zakenfonds mede strekt ter beperking van de aansprakelijkheid van Schotgroep Aannemingsbedrijf B.V. in verband met de aanvaring tussen de duweenheid bestaande uit de duwboot [naam duwboot] en het ponton [naam ponton] en het beweegbare gedeelte van de hefbrug te Waddinxveen op 21 april 2015,
voegt de onderhavige procedure met de door [naam 1] ingeleide procedure met zaak- en rekestnummer C/10/502452 / HA RK 16-413 alsmede met de door [naam 2] ingeleide procedure met zaak- en rekestnummer C/10/503622 / HA RK 16-473 en de door verzoekster ingeleide procedure met zaak- en rekestnummer C/10/553303 / HA RK 18-691.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.C. Santema en in het openbaar uitgesproken op 6 november 2018.
1346/32