ECLI:NL:RBROT:2018:2623

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 februari 2018
Publicatiedatum
3 april 2018
Zaaknummer
10/680104-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal gedurende de nachtrust door twee of meer verenigde personen met braak

Op 22 februari 2018 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die op 13 februari 2016 te Dordrecht samen met anderen meerdere inbraken heeft gepleegd in kelderboxen. De verdachte heeft zich gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd toegang verschaft tot deze kelderboxen door middel van braak. In totaal zijn er acht feiten ten laste gelegd, waaronder diefstal van diverse goederen zoals een trolley, fietsen, gereedschap en andere persoonlijke bezittingen van verschillende slachtoffers. De verdachte heeft de feiten bekend en de rechtbank heeft deze zonder nadere motivering bewezen verklaard. De officier van justitie heeft een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf geëist. De rechtbank heeft echter besloten om een taakstraf van 180 uren op te leggen, met inachtneming van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het feit dat hij verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak is overschreden, maar heeft dit niet als zwaarwegend beschouwd. De verdachte is strafbaar verklaard en de rechtbank heeft de zaak afgesloten met een vonnis waarin de verdachte is veroordeeld tot een taakstraf.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/680104-16
Datum uitspraak: 22 februari 2018
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. M. Mook, advocaat te Dordrecht.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 8 februari 2018.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. H.A. van Wijk heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 t/m 8 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis, met aftrek van voorarrest;
  • veroordeling van de verdachte tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 3 weken, met een proeftijd van 2 jaar.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het onder 1 tot en met 8 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en nadien geen vrijspraak is bepleit. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 tot en met 8 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 1] , heeft weggenomen een trolley/koffer, toebehorende aan [naam slachtoffer 1] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben
verschaft door middel van braak ;
2.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 2] , heeft weggenomen een fiets (merk: Hollandia) en computer (merk: Dell) en cassettebanden en een filmcamera (merk: Hitachi), toebehorende aan [naam slachtoffer 2] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben verschaft door middel van braak ;
3.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 3] , heeft weggenomen flessen (af)wasmiddel (merk: Dreft) en een
(boodschappen)wagen en twee sixpacks Wieckse Witte en blikken soep,
toebehorende aan [naam slachtoffer 3] , waarbij verdachte en zijn
mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben
verschaft door middel van braak ;
4.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening int een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 4] , heeft weggenomen diverse gereedschappen (onder meer een boormachine en/of
schuurmachine en/of ele
ktrische beitel/steekmachine en/of decoupeerzaag)
en gereedschapskisten/koffers, toebehorende aan [naam slachtoffer 4] , waarbij verdachte en
zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben
verschaft door middel van braak ;
5.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening int een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 5] heeft weggenomen gereedschap (onder meer een slijptol en/of hamers en/of
tangen en/of schroevendraaiers en/of moersleutels en/of inbussleutels) en
(verf)kwasten en plamuurmessen en een koffer, toebehorende aan [naam slachtoffer 5] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben
verschaft door middel van braak ;
6.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening int een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 6] , heeft weggenomen een fiets en fietspomp, toebehorende aan [naam slachtoffer 6] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben door middel van braak ;
7.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 7] , heeft weggenomen een boormachine (merk Skill), toebehorende aan [naam slachtoffer 7] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben verschaft door middel van braak ;
8.
hij
op 13 februari 2016 te Dordrecht tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk en wederrechtelijk 28 cilinders en 4 sloten van (toegangs)deuren van kelderboxen,
gelegen aan de [plaats delict] , toebehorende aan [naam woningbouwvereniging] , heeft vernield .
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

5.Strafbaarheid feiten

5.1.
Kwalificatie
5.1.1.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat in het onderhavige geval sprake is van een voortgezette handeling.
5.1.2.
Beoordeling
Om van een voortgezette handeling te kunnen spreken komt het erop aan of sprake is van verschillende bewezenverklaarde, elkaar in de tijd opvolgende gedragingen (ook met betrekking tot het ‘wilsbesluit’), die zo nauw met elkaar samenhangen dat de verdachte daarvan (in wezen) één verwijt wordt gemaakt.
De rechtbank is, anders dan de raadsman, van oordeel dat ten aanzien van de bewezen verklaarde feiten geen sprake is van een voortgezette handeling. De verdachte en zijn mededaders hebben steeds opnieuw besloten om deuren van kelderboxen open te breken en ook om uit een aantal van die kelderboxen goederen mee te nemen. Daartoe moest immers telkens opnieuw de deur van de kelderbox worden opengebroken en goederen worden uitgezocht die “waardevol” genoeg waren om weg te nemen. Dat deze wilsbesluiten korte tijd na elkaar zijn genomen, doet daar niet aan af.
5.1.3.
Conclusie
De bewezen feiten leveren op:
1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 telkens:
diefstal, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
8.
medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen, meermalen gepleegd.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich samen met anderen in de nacht van 13 februari 2016 schuldig gemaakt aan meerdere inbraken in kelderboxen, waarbij de sloten van de deuren werden vernield om binnen te komen. Door het plegen van diefstallen heeft hij geen respect getoond voor het feit dat al deze goederen andermans eigendom waren. Deze delicten veroorzaken veel overlast en schade bij de benadeelden en leiden in het algemeen tot gevoelens van onveiligheid.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 16 januari 2018, waaruit blijkt dat de verdachte weliswaar eerder (2005) is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten, maar omdat die veroordeling meer dan tien jaar geleden is, zal de rechtbank dit niet in het nadeel van de verdachte laten meewegen in de strafmaat.
7.3.2.
Rapportages
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 5 januari 2017. De rechtbank heeft acht geslagen op dit rapport.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. De rechtbank zal echter afzien van het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank heeft hierbij gelet op de positieve ontwikkeling die de verdachte heeft laten zien en het feit dat hij heeft laten blijken volledige verantwoordelijkheid te nemen voor zijn daden. In plaats daarvan wordt een taakstraf opgelegd.
Anders dan de officier van justitie heeft gevorderd, ziet de rechtbank geen aanleiding om de verdachte daarnaast te veroordelen tot een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf, omdat het recidiverisico door de reclassering wordt ingeschat als laag.
De raadsman heeft bepleit dat rekening moet worden gehouden met het tijdsverloop in deze zaak. Als geen sprake is van bijzondere omstandigheden heeft als uitgangspunt te gelden dat de behandeling van de zaak op de terechtzitting dient te zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar na aanvang van de redelijke termijn. De redelijke termijn vangt aan op het moment dat een verdachte in redelijkheid de verwachting kan hebben dat tegen hem ter zake van een bepaald strafbaar feit door het openbaar ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. De inverzekeringstelling van een verdachte kan als zodanig moment worden aangemerkt. De verdachte is in de onderhavige zaak op 14 februari 2016 in verzekering gesteld. Op deze datum is de redelijke termijn derhalve aangevangen.
Naar het oordeel van de rechtbank is er in deze zaak geen sprake van bijzondere omstandigheden.
Tussen 14 februari 2016 en de datum van het eindvonnis ligt een periode van twee jaar en 8 dagen.
Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de redelijke termijn (zij het in beperkte mate) is overschreden en dat vanwege deze geringe overschrijding kan worden volstaan met de enkele vaststelling dat inbreuk is gemaakt op artikel 6, eerste lid, EVRM.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 22c, 22d, 47, 57, 311 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf voor de duur van 180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
168 (honderdachtenzestig) urente verrichten taakstraf resteert;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
84 dagen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M.H. Geerars, voorzitter,
en mrs. P. Putters en W.J.M. Diekman, rechters,
in tegenwoordigheid van R. van Andel, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 februari 2018.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 1] ,
heeft weggenomen een trolley/koffer, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel
of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben
verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik
heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming;
2.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 2] ,
heeft weggenomen een fiets (merk: Hollandia) en/of computer (merk: Dell) en/of
een of meer cassettebanden en/of een filmcamera (merk: Hitachi), in elk geval
enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2] , in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren)
onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of
verbreking en/of inklimming;
3.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 3] ,
heeft weggenomen een of meer flessen (af)wasmiddel (merk: Dreft) en/of een
(boodschappen)wagen en/of twee sixpacks drank/bier (Wieckse Witte) en/of
twee blikken soep, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele
toebehorende aan [naam slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn
mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben
verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik
heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming;
4.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 4] ,
heeft weggenomen diverse gereedschappen (onder meer een boormachine en/of
schuurmachine en/of electrische beitel/steekmachine en/of decoupeerzaag)
en/of een of meer gereedschapskisten/koffers, in elk geval enig(e) goed(eren),
geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben
verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik
heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming;
5.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 5]
heeft weggenomen gereedschap (onder meer een slijptol en/of hamers en/of
tangen en/of schroevendraaiers en/of moersleutels en/of inbussleutels) en/of
een of meer (verf)kwasten en/of plamuurmessen en/of een koffer, geheel of ten
dele toebehorende aan [naam slachtoffer 5] , in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn
mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben
verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik
heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming;
6.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 6] ,
heeft weggenomen een fiets en/of fietspomp, in elk geval enig(e) goed(eren),
geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 6] , in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij
verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren)
onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of
verbreking en/of inklimming;
7.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd (tussen 01:00 en 04:00 uur) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een kelderbox, gelegen aan de [adres delict 7] ,
heeft weggenomen een boormachine (merk Skill), in elk geval enig(e)
goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 7] , in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij
verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren)
onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of
verbreking en/of inklimming;
8.
hij
op of omstreeks 13 februari 2016 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en wederrechtelijk
28 cillinders en/of 4 sloten van (toegangs)deuren van meerdere kelderboxen,
gelegen aan de [plaats delict] , in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten
dele toebehorende aan [naam woningbouwvereniging] , in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft vernield en/of beschadigd
en/of onbruikbaar gemaakt;