In deze zaak heeft de kinderrechter op 20 juni 2018 uitspraak gedaan over de afwijzing van een verzoek tot het verlenen van een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De zaak betreft een minderjarige die geboren is in 2002 en onder toezicht staat van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. De kinderrechter heeft de ouders van [voornaam minderjarige] als gezaghebbenden aangemerkt, waarbij de vader momenteel in detentie verblijft.
De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder, de vader, de minderjarige en vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling aanwezig waren. De GI heeft verzocht om een machtiging voor gesloten jeugdhulp, maar heeft ter zitting aangegeven dat er geen redenen meer zijn om dit verzoek te handhaven, gezien de wachtlijstproblematiek en de noodzaak voor [voornaam minderjarige] om behandeld te worden door Curium in Leiden.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat [voornaam minderjarige] veel heeft meegemaakt en dat er een dringende behoefte is aan behandeling. Echter, de kinderrechter heeft geconcludeerd dat een machtiging voor gesloten jeugdhulp niet kan worden verleend, omdat dit een contra-indicatie vormt voor de noodzakelijke poliklinische dagbehandeling bij Curium. De kinderrechter heeft de GI opgedragen om een nieuw verzoek in te dienen voor een passende verblijfplaats, waarbij de veiligheid van [voornaam minderjarige] voorop staat. De beslissing benadrukt de urgentie van passende hulp en de verantwoordelijkheden van de gemeente Schiedam in het bieden van jeugdhulp.