ECLI:NL:RBROT:2018:5720

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 juli 2018
Publicatiedatum
16 juli 2018
Zaaknummer
6463845 \ CV EXPL 17-39152
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van bewindvoerder voor onterecht gedane bankoverboekingen

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 6 juli 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen Oudheusden Pensioen & Planning B.V. en Manna Support. Oudheusden heeft per abuis vier bankoverboekingen gedaan naar de rekening van een onder bewind gestelde persoon, in totaal € 17.700,-. Manna Support, de bewindvoerder, werd door Oudheusden aangesproken voor de schade die zou zijn ontstaan door deze foutieve overboekingen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Oudheusden de betalingen onverschuldigd heeft gedaan en dat de onder bewind gestelde het geld heeft opgenomen en uitgegeven. De kernvraag was of Manna Support als bewindvoerder enige verwijtbaarheid trof voor het niet voorkomen van deze betalingen.

De kantonrechter oordeelde dat Manna Support niet de zorgvuldigheid heeft betracht die van een goed bewindvoerder verwacht mag worden, door niet te zorgen dat de onder bewind gestelde geen beschikking had over de ING-rekening. Echter, de rechter benadrukte dat de taak van de bewindvoerder primair gericht is op de bescherming van de onder bewind gestelde en niet op het voorkomen van schade voor derden. Hierdoor werd de vordering van Oudheusden afgewezen. Tevens werd Oudheusden veroordeeld in de proceskosten, omdat zij in het ongelijk was gesteld.

De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bewindvoerders en de grenzen van hun aansprakelijkheid ten opzichte van derden, in dit geval Oudheusden, die onterecht betalingen heeft verricht.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 6463845 CV EXPL 17-39152
uitspraak: 6 juli 2018
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap
Oudheusden Pensioen & Planning B.V.,
gevestigd te Loosdrecht,
eiseres,
gemachtigde: mr. J.W. Hilhorst te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap
Jay Holding B.V., h.o.d.n.
Manna Support,
gevestigd te Rotterdam
gedaagde,
gemachtigde: mr. L.K. de Haan te Rotterdam.
Eiseres wordt verder aangeduid als ‘Oudheusen’ en gedaagde als ‘Manna Support’.

1.Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter heeft kennis genomen:
  • het exploot van dagvaarding van 26 oktober 2017, met producties;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • het vonnis van deze rechtbank van 18 januari 2018, waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
  • het proces-verbaal van de op 9 maart 2018 gehouden comparitie van partijen.
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis nader bepaald op heden.

2.De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de in zoverre niet weersproken inhoud van de producties, staat tussen partijen het volgende vast.
2.1
Oudheusden heeft abusievelijk een viertal bankoverboekingen gedaan naar een bankrekening bij de ING bank van de heer [naam onderbewindgestelde] te [plaatsnaam], in totaal ten bedrage van € 17.700,-. Te weten:
- op 15 april 2015 een bedrag van € 200,-;
- op 30 november 2015 een bedrag van € 1.500,-;
- op 19 december 2016 een bedrag van € 8.000,-;
- op 30 december 2016 een bedrag van € 8.000,-.
2.2
Vanaf 2 juni 2014 staat [naam onderbewindgestelde] onder beschermingsbewind. Manna Support is sinds 11 maart 2016 de (opvolgend) bewindvoerder van [naam onderbewindgestelde].
2.3
[naam onderbewindgestelde] heeft het geld grotendeels van zijn bankrekening gehaald en uitgegeven. Manna Support heeft op 13 januari 2017 het op de bankrekening nog resterende bedrag van € 5.480,29 aan Oudheusden gerestitueerd.

3.De vordering

Oudheusden heeft bij dagvaarding gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Manna Support te veroordelen aan haar te betalen € 12.219,71 aan hoofdsom, € 897,20 aan buitengerechtelijke kosten en € 184,13 aan verschenen rente.
Ter comparitie van partijen heeft Oudheusden aangegeven haar eis te verminderen ter zake van de bankoverboekingen gedaan op 15 april 2015 en 30 november 2015, in totaal ad € 1.700,-, aangezien Manna Support toen nog niet de bewindvoerder van [naam onderbewindgestelde] was.
Aan haar vordering heeft Oudheusden - zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang - het navolgende ten grondslag gelegd.
Manna Support heeft als bewindvoerder de taak zoveel mogelijk te voorkomen dat er nieuwe schulden ontstaan en het beheer uit te oefenen over de inkomsten en uitgaven van de onder bewind gestelde. Manna Support heeft [naam onderbewindgestelde] echter het vrije beheer toegelaten over de ING-rekening waarop de bedragen zijn gestort, terwijl zij wist dat [naam onderbewindgestelde] een rekening aanhield bij ING. Manna Support is in november 2016 gewezen op een debetstand op de desbetreffende rekening en heeft vervolgens geen actie ondernomen, terwijl dit wel haar taak was. Manna Support heeft aldus niet de zorgvuldigheid in acht genomen die van haar als bewindvoerder had mogen worden verwacht. Op grond hiervan is zij aansprakelijk voor de door Oudheusden geleden schade.

4.Het verweer

Manna Support heeft de vordering betwist en heeft daartoe het volgende - zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang - het volgende aangevoerd.
Manna Support is niet tekortgeschoten in haar taak als bewindvoerder. Zij heeft bij aanvang van het bewind de instanties aangeschreven en voor [naam onderbewindgestelde] een beheerrekening geopend bij de ABN AMRO bank, via welke rekeningen alle inkomsten en betalingen zouden lopen. Er was voor Manna Support geen enkele aanleiding te veronderstellen dat [naam onderbewindgestelde] via een andere rekening bij de ING, welke volgens opgave van ING op 4-11-2016 een ongeoorloofde roodstand vertoonde, gelden zou kunnen opnemen. De enige reden dat [naam onderbewindgestelde] dit toch heeft kunnen doen, en daarmee een nieuwe schuld heeft kunnen maken, namelijk aan Oudheusden, is dat Oudheusden voor een bedrag van in totaal € 17.700,- aan verkeerde boekingen naar deze ING-rekening heeft gedaan. Deze fout van Oudheusden en de gevolgen ervan zijn niet toe te rekenen aan Manna Support.
Subsidiair betoogt Manna Support dat de gestelde normschending niet strekt ter bescherming van Oudheusden tegen de gevolgen van het meermaals doen van foutieve overboekingen.
Meer subsidiair voert Manna Support aan dat Oudheusden eigens schuld heeft aan de ontstane schade. In dat geval zou, met toepassing van de billijkheidscorrectie hooguit 10% van de schade voor rekening van Manna Support dienen te komen.
Tot slot betwist Manna Support de verschuldigdheid van de gevorderde rente en kosten en vraagt zij om veroordeling van Oudheusden in de proceskosten en de eventuele nakosten.

5.De beoordeling van de vordering

5.1
Vooropgesteld zij dat de betalingen door Oudheusden op de ING-rekening van [naam onderbewindgestelde] onverschuldigd zijn betaald en voorts staat vast dat [naam onderbewindgestelde] de geldbedragen heeft opgenomen en uitgegeven en thans geen verhaal biedt. De vraag is of Manna Support als bewindvoerder van [naam onderbewindgestelde] ter zake enig verwijt treft.
5.2
Een bewindvoerder dient alle handelingen te verrichten die aan een goed bewind bijdragen (1:441 BW) en dient toezicht te houden over de uitgaven en inkomsten van de onder bewind gestelde en dient mede in dit kader bij aanvang van het bewind een beheerrekening te openen (artikel 1:436 lid 4 BW), via welke rekening de inkomsten en uitgaven verlopen. Daarnaast opent de bewindvoerder een leefgeldrekening waarop de onder bewind gestelde leefgeld ontvangt (voor boodschappen en ander dagelijkse kleine uitgaven). Voorkomen dient te worden dat de onder bewind gestelde nieuwe schulden maakt, bijvoorbeeld door een oplopende roodstand op een bankrekening, of gelden ontvangt en uitgeeft die zich aan het bewind onttrekken. In het kader van een goede bewindvoering past het derhalve niet dat de onder bewind gestelde naast de leefgeldrekening over een andere bankrekening beschikt die zich aan het toezicht onttrekt van de bewindvoerder.
Het lag derhalve op de weg van Manna Support om bij aanvang van het bewind de ING-rekening op te heffen, althans ervoor zorg te dragen dat [naam onderbewindgestelde] niet de feitelijke beschikking had over deze bankrekening. Door dit na te laten heeft Manna Support niet de zorg betracht die van haar als goed bewindvoerder kon worden verwacht.
Daarmee is echter nog geen sprake van onrechtmatig handelen door Manna Support jegens Oudheusden. Het doel en de strekking van voornoemde norm is bescherming van de belangen van de onder bewind gestelde en niet zozeer die van derden. De taak van de bewindvoerder heeft niet een zodanig ruime reikwijdte dat een bewindvoerder dient te voorkomen dat de onder bewind gestelde gelden gebruikt - en niet meer kan terugbetalen - die een derde ten onrechte op zijn bankrekening heeft gestort.
Dit betekent dat de vordering van Oudheusden dient te worden afgewezen.
5.3
Oudheusden zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten.
5.4
De door Manna Support gevorderde nakosten worden toegewezen als hierna vermeld, nu de proceskostenveroordeling hiervoor reeds een executoriale titel geeft en de kantonrechter van oordeel is dat de nakosten zich vooraf laten begroten.

6.De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering van Oudheusden af;
veroordeelt Oudheusden in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Manna Support vastgesteld op € 600,- aan salaris voor de gemachtigde;
en indien Oudheusden niet binnen veertien dagen na de datum van dit vonnis vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan, begroot op:
€ 131,- aan nasalaris, te verhogen met een bedrag van € 68,- aan betekeningskosten onder de voorwaarde dat de betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden, vermeerderd met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 BW ingaande veertien dagen na de datum van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart dit vonnis voor zover het de proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.I. Mentink en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
33179