Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht, deelname aan een agressieregulatietraining alsmede oplegging van een contact- en locatieverbod betreffende [naam slachtoffer] .
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij/schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 7 (zeven) maanden;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
€ 5.870,16 (zegge: vijfduizend achthonderdzeventig euro en zestien eurocent), bestaande uit € 2.370,16 aan materiële schade en € 3.500,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 18 augustus 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde] te betalen
€ 5.870,16(
hoofdsom zegge: vijfduizend achthonderdzeventig euro en zestien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 18 augustus 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 5.870,16 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
64 (zegge: vierenzestig) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;