In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, hebben eisers, [eiser1] en [eiseres 2], een vordering ingesteld tegen gedaagde, [gedaagde], met betrekking tot een NVM-koopovereenkomst voor een woning. De eisers stellen dat de woning niet voldoet aan de koopovereenkomst vanwege non-conformiteit en (wederzijdse) dwaling. De woning, gebouwd in 1956, werd op 30 november 2016 gekocht voor € 465.000,-. Voorafgaand aan de koop is er een bouwkundige inspectie uitgevoerd door PerfektKeur B.V., waarbij een mogelijk probleem met lekkage werd gesignaleerd. De levering van de woning vond plaats op 1 maart 2017. Eisers hebben gedaagde aansprakelijk gesteld voor de schade die zij hebben geleden door lekkage, die pas na de koop aan het licht kwam. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat hij nooit van lekkage op de hoogte was en dat er geen sprake was van een gebrek aan de woning.
De kantonrechter heeft de vordering van eisers afgewezen. De rechter oordeelde dat de partijen in de NVM-koopovereenkomst zijn afgeweken van de wettelijke bepalingen over non-conformiteit. De rechter concludeerde dat de woning, volgens de overeenkomst, de feitelijke eigenschappen bezat die nodig zijn voor normaal gebruik. De Hoge Raad heeft eerder bepaald dat 'normaal gebruik' betekent dat de woning veilig bewoonbaar moet zijn zonder dat het woongenot wezenlijk wordt aangetast. Eisers hebben onvoldoende bewijs geleverd dat de lekkage het normale gebruik van de woning belemmerde. Bovendien werd vastgesteld dat gedaagde niet op de hoogte was van de lekkage en dat hij niet kon worden verweten dat hij hierover geen mededeling had gedaan. De rechter heeft ook geoordeeld dat de subsidiaire vordering van eisers, gebaseerd op wederzijdse dwaling, niet slaagde omdat eisers niet aan hun onderzoeksplicht hebben voldaan. De nevenvorderingen werden eveneens afgewezen en eisers werden veroordeeld in de proceskosten.