ECLI:NL:RBROT:2019:10879
Rechtbank Rotterdam
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid tot verlenging van een huisverbod en de redelijke toepassing daarvan
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 30 september 2019 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening en een beroep tegen een huisverbod dat was opgelegd aan de verzoeker, de burgemeester van de gemeente Capelle aan den IJssel. Het huisverbod was opgelegd op 13 september 2019 en verlengd op 23 september 2019. De verzoeker stelde dat er onvoldoende bewijs was voor het bestaan van een gevaar, terwijl de voorzieningenrechter oordeelde dat de aanwezigheid van verzoeker in de woning van de achterblijfster een ernstig en onmiddellijk gevaar opleverde. De rechtbank overwoog dat het incident op 12 september 2019, waarbij een mes was betrokken, en het verleden van geweld tussen verzoeker en de achterblijfster, voldoende grond vormden voor de oplegging van het huisverbod. De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond en wees de verzoeken om voorlopige voorziening af, waarbij ook de verzoeken om proceskostenveroordeling werden afgewezen. De voorzieningenrechter benadrukte dat de bevoegdheid tot verlenging van het huisverbod op basis van de Wet tijdelijk huisverbod gerechtvaardigd was, gezien het feit dat er nog geen hulpverlening was opgestart en het gevaar nog steeds aanwezig was. De rechtbank concludeerde dat de belangen van verzoeker niet onvoldoende waren meegewogen en dat de beslissing van de burgemeester om het huisverbod te verlengen in redelijkheid was genomen.