ECLI:NL:RBROT:2019:3153
Rechtbank Rotterdam
- Proces-verbaal
- J.J. Klomp
- A.F.H. Domenie
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening tegen oplegging huisverbod in geval van gevaar voor de veiligheid van betrokkenen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 maart 2019 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening en een beroep tegen de oplegging van een huisverbod. De burgemeester van Rotterdam had op 1 maart 2019 een huisverbod opgelegd aan verzoeker, omdat zijn aanwezigheid in de woning een ernstig en onmiddellijk gevaar opleverde voor de veiligheid van de achterblijfster en hun kind. Dit huisverbod werd op 11 maart 2019 verlengd. Verzoeker heeft tegen deze besluiten beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake was van gevaar, onderbouwd door de spanningen tussen verzoeker en de achterblijfster, die hebben geleid tot fysieke uitingen van verzoeker. De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester in redelijkheid kon besluiten dat het belang van de achterblijfster en het kind bij veiligheid en rust zwaarder woog dan het belang van verzoeker bij toegang tot de woning. De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond en wees het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat het gevaar onverminderd aanwezig was en er nog geen hulpverlening tot stand was gekomen.
De uitspraak benadrukt de bevoegdheid van de burgemeester om een huisverbod op te leggen en te verlengen in situaties waarin de veiligheid van betrokkenen in het geding is. De voorzieningenrechter heeft de belangen van alle partijen afgewogen en geconcludeerd dat de beslissing van de burgemeester gerechtvaardigd was.