Uitspraak
[naam veroordeelde] ,
Opgelegde straf
Rotterdam van 7 november 2017 is aan de veroordeelde een gevangenisstraf opgelegd voor de duur van 24 maanden, met aftrek van voorarrest.
- een locatiegebod, inhoudende dat de veroordeelde op door de reclassering te omschrijven dagen en tijdstippen aanwezig moet zijn op het adres Verschoorstraat 51B te Rotterdam. De naleving van deze bijzondere voorwaarde wordt ondersteund door middel van elektronisch toezicht;
- een meldplicht bij de Reclassering Nederland op het adres Marconistraat 2 te Rotterdam;
- een drugs- en alcoholverbod, te controleren door middel van bloedonderzoek en / of urineonderzoek.
- het locatiegebod geldt voor het adres [adres] te Velp;
- het reclasseringstoezicht kan worden overgedragen aan een andere reclasseringsinstelling.
Vordering
In dit rapport is – kort weergegeven – vermeld dat de veroordeelde zich na zijn ontslag uit detentie te laat bij de reclassering heeft gemeld, dat hij meermalen het drugsverbod heeft overtreden, het locatiegebod heeft overtreden door te laat thuis te komen en zijn enkelband niet tijdig heeft opgeladen.
Vanwege werk en een beter toekomstperspectief is de veroordeelde tijdens het toezicht verhuisd naar de omgeving van Arnhem. Dit heeft geleid tot het besluit van 25 februari 2019. Nog voordat uitvoering kon worden gegeven aan die beslissing, heeft de veroordeelde eenmaal positief gescoord bij een urinecontrole en heeft hij geen gehoor gegeven aan de oproep voor een tweede urinecontrole.
In een gesprek met de reclassering gaf de veroordeelde te kennen dat het misschien beter voor hem is dat hij zijn v.i.-periode uitzit. Hij vond dat er nu teveel bemoeienis en controle was en hij zei niet mee te willen werken aan een behandeling.
De reclassering concludeert dat het niet mogelijk is gebleken om betrokkene gedurende zijn v.i. te begeleiden en adviseert herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling.
Onderzoek van de zaak
De veroordeelde erkent dat hij een aantal keer te laat thuis was, maar zegt dat hij dit tevoren had gemeld. Hij erkent ook dat hij softdrugs heeft gebruikt, maar dat komt door zijn verslaving waarvoor hij juist graag hulp wil hebben. Hij heeft actief meegewerkt aan de begeleiding door zelf werk te regelen. Hij staat wel open voor reclasseringsbegeleiding, maar had geen goed contact met zijn toezichthouder.
Volgens de raadsman heeft zijn cliënt het treffend verwoord: de veroordeelde is naïef geweest en heeft onderschat hoe moeilijk het zou zijn om de gestelde voorwaarden na te leven. Een volledige herroeping zou er toe leiden dat de veroordeelde uiteindelijk vrij komt zonder begeleiding en zonder dat zijn problemen zijn aangepakt. Om die reden bepleit de raadsman een gedeeltelijke herroeping van de v.i., zodat de veroordeelde nog een nieuwe kans krijgt en er een kapstok blijft voor de nodige hulp en begeleiding.
Beoordeling
Met de veroordeelde en de raadsman stelt de rechtbank vast dat een volledige herroeping van de v.i. ertoe zou leiden dat de veroordeelde uiteindelijk vrij komt zonder begeleiding en hulp. Dit is niet wenselijk, ook vanwege het (volgens de reclassering grote) herhalingsgevaar. De rechtbank zal daarom gelasten dat een deel (60 dagen) van de niet ten uitvoer gelegde vrijheidsstraf moet worden ondergaan. Het restant blijft de veroordeelde boven het hoofd hangen. De veroordeelde krijgt hiermee een nieuwe kans om te laten zien dat hij zich aan de voorwaarden kan houden.