ECLI:NL:RBROT:2019:3973

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
30 april 2019
Publicatiedatum
15 mei 2019
Zaaknummer
C/10/570932 / KG ZA 19-274
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot medewerking overdracht verzekeringsportefeuille in kort geding

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, hebben de eiseressen, NKH Services B.V. en NKH Beheer B.V., een kort geding aangespannen tegen de gedaagden, SMV Intermediair B.V. en Assurantie010 B.V. De eiseressen vorderen dat de gedaagden medewerking verlenen aan de overdracht van een portefeuille met autoverzekeringen, die onder het tussenpersoonnummer van Assurantie010 loopt bij Bovemij. De achtergrond van het geschil ligt in een samenwerkingsovereenkomst tussen de partijen, die in 2014 is aangegaan, en de daaropvolgende ontvlechting van deze samenwerking. De eiseressen stellen dat zij recht hebben op de portefeuille op basis van de gemaakte afspraken, terwijl de gedaagden zich op het standpunt stellen dat de dagvaarding nietig is en dat er geen verplichting bestaat om de verzekeringen over te dragen.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de dagvaarding nietig is, maar dat de gedaagden niet onredelijk in hun belangen zijn geschaad door de nietigheid. De rechter heeft vastgesteld dat er een spoedeisend belang is voor de eiseressen om de situatie te regulariseren en dat de autoverzekeringen die zijn afgesloten vóór 1 januari 2018 aan hen moeten worden overgedragen. De rechter heeft de vordering van de eiseressen toegewezen en de gedaagden opgedragen om alles te doen wat nodig is om de portefeuille over te dragen, met een dwangsom als stimulans voor nakoming. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/570932 / KG ZA 19-274
Vonnis in kort geding van 30 april 2019
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NKH SERVICES B.V.,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NKH BEHEER B.V.,
beide gevestigd te Rotterdam,
eiseressen,
advocaat mr. B.D. Bos te Rotterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SMV INTERMEDIAIR B.V.,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ASSURANTIE010 B.V.,
beide gevestigd te Berkel en Rodenrijs, gemeente Lansingerland,
gedaagden,
advocaat mr. C. Fledderus te Den Haag.
Partijen worden hierna – in vrouwelijk enkelvoud – aangeduid als NHK c.s. en SMV c.s. Eiseressen worden afzonderlijk aangeduid als NHK Services respectievelijk NHK Beheer. Gedaagden worden afzonderlijk aangeduid als SMV respectievelijk Assurantie010.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 9 april 2019;
  • producties 1 tot en met 25 van NHK c.s.;
  • producties 1 tot en met 10 van SMV c.s.;
  • de mondelinge behandeling gehouden op 16 april 2019;
  • de pleitnota van NHK c.s.;
  • de pleitnota van SMV c.s.
1.2.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
NHK Services en NHK Beheer zijn (holding-)vennootschappen behorend tot de 'NHK Groep'. Werkmaatschappijen van de NHK Groep, althans van NHK Beheer, zijn verschillende autodealerbedrijven. Deze autodealerbedrijven houden zich bezig met de verkoop van nieuwe auto's en occasions en als bijproduct verkopen zij, althans bemiddelen zij bij het tot stand komen van autoverzekeringen.
2.2.
SMV is een houdstermaatschappij.
2.3.
In 2014 zijn NHK en SMV een samenwerking aangegaan, waartoe zij op 30 mei 2014 Assurantie010 hebben doen oprichten. Assurantie010 is een assurantietussenpersoon. NHK Services en SMV hielden elk 50% van de aandelen in Assurantie010 en zij waren beide bestuurder. Het doel van de samenwerking in Assurantie010 was om naast autoverzekeringen ook andere verzekeringen als bijproduct te verkopen aan klanten van de autodealerbedrijven. Als gevolmachtigd agent van verzekeraar N.V. Schadeverzekering-Maatschappij Bovemij (hierna: Bovemij) trad op, op naam van en onder het nummer van de tussenpersoon Assurantie010, Dealerdiensten Automotive B.V. (hierna: Dealerdiensten). Dealerdiensten is naast de in de nieuwe samenwerking af te sluiten autoverzekeringen ook de vóór 2014 door tussenkomst van de autodealerbedrijven verbonden aan NHK c.s. afgesloten autoverzekeringen gaan beheren.
2.4.
In oktober 2017 is aan Assurantie010 de mededeling gedaan dat de aan Dealerdiensten verleende volmacht per 1 januari 2018 zou worden ingetrokken en dat vanaf die datum een rechtstreekse samenwerking zou ontstaan tussen Assurantie010 en Bovemij.
De aan Dealerdiensten verleende volmacht is per 1 januari 2018 ingetrokken.
2.5.
Vanaf medio 2017 hebben NHK c.s., althans NKH Services, en SMV met elkaar gesproken over de ontvlechting van de samenwerking in Assurantie010 vanwege ernstig verstoorde verhoudingen. In dat verband heeft NHK Services de aandelen die zij hield in Assurantie010 op 9 maart 2018 te koop aangeboden aan SMV. SMV heeft dat aanbod op 27 maart 2018 onder door haar gestelde en door NHK Services geaccepteerde voorwaarden aanvaard. Notariële levering van de aandelen heeft op 28 juni 2018 met terugwerkende kracht tot 1 januari 2018 plaatsgevonden. Sindsdien is SMV enig aandeelhouder en bestuurder in Assurantie010.
2.6.
In het kader van de boogde ontvlechting zijn partijen overeengekomen dat NHK Services, althans NHK c.s., "de eigendom" toebedeeld zal krijgen van de portefeuille met autoverzekeringen (de zogenoemde 'dealerportefeuille').
2.7.
Vooruitlopend op de beoogde ontvlechting is Bovemij vanaf begin 2018 op verzoek van NKH de maandelijkse provisie over de autoverzekeringen gaan betalen aan NKH.
2.8.
Bij e-mail van 4 juli 2018 heeft NHK c.s. SMV c.s. verzocht om door middel van een ondertekende verklaring te bevestigen dat NHK c.s. eigenaar is van de dealerportefeuille. SMV c.s. heeft aan dit verzoek geen gehoor gegeven.
2.9.
In september 2018 heeft Bovemij naar aanleiding van vragen van (de advocaat van) SMV c.s. de betaling van de provisie opgeschort.
2.10.
In 2018, ook na de levering van de aandelen, is NHK c.s. voortgegaan met het bemiddelen bij het aangaan van autoverzekeringen bij Bovemij, nog steeds onder het tussenpersoonsnummer van Assurantie010.
2.11.
Eind 2018 is NHK c.s., althans zijn gelieerde dealerbedrijven, aangemeld als verbonden bemiddelaar bij de AFM.
2.12.
Bij brief van 15 maart 2019 heeft SMV c.s. aan NHK c.s. meegedeeld dat zij bereid is om medewerking te verlenen aan de overvoer van de dealerportefeuille indien NHK c.s. bereid is om een vergoeding te bieden gelijk aan het equivalent van de helft van de in 2018 op die portefeuille geboekte provisie alsmede een vergoeding voor de door haar gemaakte buitengerechtelijke kosten.
2.13.
Bij brief van 21 maart 2019 heeft NHK c.s. SMV c.s. gesommeerd om medewerking te verlenen aan de overdracht van de dealerportefeuille.

3.Het geschil

3.1.
NHK c.s. vordert, samengevat:
SMV c.s. te te gebieden alles te doen en na te laten wat nodig is om NHK c.s. in het bezit en genot te stellen van primair de portefeuille met autoverzekeringen die onder het tussenpersoonnummer van Assurantie010 loopt bij Bovemij, subsidiair van die portefeuille met de autoverzekeringen die op 1 januari 2018 onder het tussenpersoonnummer van Assurantie0l0 liepen bij Bovemij, primair en subsidiair op straffe van een dwangsom en met veroordeling van SMV c.s. in de proceskosten.
3.2.
Aan deze vordering legt NHK c.s. het volgende ten grondslag.
Op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst – met een all-in karakter – is SMV c.s. gehouden om alle autoverzekeringen aan haar over te dragen. Hiertoe is een akte in de zin van artikel 6:159 BW vereist en nog wat bijkomende handelingen. Deze overdracht is ook in het belang van SMV c.s., aangezien zij ook volgens haar eigen stelling niet (langer) de verantwoordelijkheid wil dragen voor die verzekeringen, die zijn afgesloten door tussenkomst van de NKH-bedrijven. NHK c.s. heeft bij haar vordering een spoedeisend belang, aangezien de feitelijke situatie zo spoedig mogelijk in overeenstemming moet worden gebracht met de tussen partijen gemaakte afspraken, zodat ook de zorgplicht en de provisie in één hand komen.
3.3.
SMV c.s. voert gemotiveerd verweer en concludeert tot afwijzing van het gevorderde. Zakelijk weergegeven voert zij het volgende aan.
De dagvaarding is nietig, aangezien deze niet binnen de daarvoor gestelde termijn is betekend. Dit klemt temeer nu de uitgebrachte dagvaarding aanzienlijk afwijkt van de eerdere conceptdagvaarding. SMV c.s. verkeerde in de veronderstelling dat NHK c.s. eind 2017 de overvoer van de autoverzekeringen zelf al had geregeld. Op grond van de overeenkomst zijn SMV c.s. niet gehouden om de na 1 januari 2018 gesloten verzekeringen over te dragen. Voor de overdracht van die verzekeringen bestaat geen grond. Mede aangezien NHK c.s. heeft verzuimd om tijdig een eigen agentschap aan te vragen, heeft zij de vertraging aan zichzelf te wijten. NHK c.s. is ook na de aandelenoverdracht doorgegaan met het bemiddelen bij het afsluiten van verzekeringsovereenkomsten met gebruikmaking van de naam en het agentschapsnummer van Assurantie010. Hierdoor is een nieuwe situatie ontstaan en partijen dienen nieuwe afspraken te maken over onder meer de financiële vergoeding en een door NHK c.s. te verstrekken vrijwaring. Op grond van de bepalingen in de Wft is overdracht van de verzekeringsportefeuille aan NHK c.s. niet mogelijk, aangezien zij geen (verbonden) bemiddelaar van Bovemij is.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
NHK c.s. heeft bij het uitbrengen van de dagvaarding de termijn van artikel 114 Rv niet in acht genomen, terwijl zij geen toestemming heeft gevraagd of gekregen voor verkorting van die termijn. De dagvaarding is daarmee nietig. Aangezien SMV c.s. wel in het geding is verschenen, zij uitgebreid verweer heeft gevoerd en zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij onredelijk in haar belang is geschaad, verwerpt de voorzieningenrechter haar beroep op de nietigheid van de dagvaarding.
4.2.
Een vordering als de onderhavige is in kort geding toewijsbaar indien voldoende aannemelijk is dat deze in een bodemprocedure ook zal worden toegewezen en indien NHK c.s. daarbij een spoedeisend belang heeft.
4.3.
Uit de stelling van NHK c.s. dat zij na de beëindiging van de samenwerking van partijen wenst dat de door haar afgesloten verzekeringen in lijn met de daarover gemaakte afspraken worden overgedragen volgt het spoedeisend belang van de vordering. Dit geldt temeer nu SMV c.s. zelf ook het standpunt inneemt dat het een onwenselijke situatie is dat zij een zorgplicht heeft voor polissen die zij niet zelf heeft doen afsluiten. De omstandigheid dat NHK c.s. (in een eerder stadium) ook had kunnen kiezen voor een bodemprocedure, doet aan voormeld spoedeisend belang niet af.
4.4.
Tussen partijen staat niet ter discussie dat de autoverzekeringen die zijn afgesloten vóór 1 januari 2018 aan NHK c.s. behoren te worden overgedragen. De discussie spitst zich nu toe op de verzekeringen afgesloten na die datum, alsmede op een in dat verband door NHK c.s. te betalen vergoeding en een door haar af te geven vrijwaring.
4.5.
Aangezien ook de (nieuwere) autoverzekeringen zijn afgesloten door tussenkomst van de NKH-bedrijven en uit niets blijkt dat partijen voor ogen stond dat zij na beëindiging van de samenwerking nog - op deze of enigerlei andere wijze - aan elkaar verbonden wilden blijven, dienen ook de nieuwe verzekeringen aan NHK c.s. te worden overgedragen. De strekking van de in het kader van de beoogde ontvlechting gemaakte afspraken is wat dat betreft duidelijk. Of het gebruik van het tussenpersoonnummer van Assurantie010 door NHK c.s. nu berust op een tussen partijen gemaakte afspraak of dat dit – zoals SMV c.s. heeft gesteld – misbruik door NHK c.s. oplevert, kan in het kader van dit kort geding in het midden blijven. Het is thans in het belang van beide partijen dat aan de situatie waarin SMV c.s. een zorgplicht heeft voor door tussenkomst van NHK c.s. afgesloten polissen zo spoedig mogelijk een einde komt. Het voorgaande neemt niet weg dat het in de rede ligt dat partijen nog afspraken zullen dienen te maken over een redelijke vergoeding voor (extra) werkzaamheden die SMV c.s. heeft moeten verrichten als gevolg van het niet adequate handelen van NHK c.s. met betrekking tot het snel en op formeel juiste wijze mogelijke maken van de ontvlechting. Voorts zullen partijen afspraken dienen te maken over de vrijwaring van SMV c.s. Betreffende geschillen dienen evenwel niet (langer) in de weg te staan aan de overvoer op korte termijn van de polissen, die zoals hiervoor is overwogen in het belang van beide partijen moet worden geacht. Betreffende geschillen kunnen partijen zo nodig in een bodemprocedure doen beslechten.
4.6.
SMV c.s. heeft zich meerdere keren bereid verklaard medewerking te verlenen aan de overvoer van de verzekeringsportefeuille (in ieder geval die van de polissen afgesloten vóór 1 januari 2018). Desalniettemin heeft nog geen overvoer van polissen plaatsgevonden. Om de impasse te doorbreken zal de voorzieningenrechter de primaire vordering van NHK c.s., op de hierna te vermelden wijze en versterkt met een dwangsom, toewijzen.
4.7.
Aangezien SMV c.s. heeft gesteld dat overdracht van de verzekeringsportefeuille aan NHK c.s. onmogelijk is, zal de voorzieningenrechter bepalen dat SMV c.s. alles in het werk moet stellen om de verzekeringsportefeuille over te dragen aan NHK c.s., althans een door NHK c.s. aan te wijzen derde of derden. Gelet op de aard van de bedrijfsvoering van SMV c.s. moet zij in staat worden geacht het daarheen te leiden dat de overvoer van de autoverzekeringsportefeuille aan NHK c.s. alsnog zo spoedig mogelijk formeel juist en volledig wordt geëffectueerd. Hierbij dient NHK c.s. uiteraard de benodigde medewerking te verlenen.
4.8.
Oplegging van een dwangsom als stimulans tot nakoming van de veroordeling is passend en geboden. De dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd. Deze dwangsom is verbonden aan de inspanning van SMV c.s. Indien SMV c.s. om welke reden dan ook in de onmogelijkheid verkeert om aan haar verplichtingen te voldoen, staat haar de weg van artikel 611d Rv ten dienste.
4.9.
De proceskosten van dit kort geding zullen worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten dient te dragen. Weliswaar wordt SMV c.s. thans verplicht tot het verlenen van medewerking aan de overvoer, maar dat de impasse is ontstaan, is mede te wijten aan het niet adequate handelen van NHK c.s. met betrekking tot de effectuering van de overeengekomen ontvlechting.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
gebiedt SMV c.s. om vanaf vier dagen na betekening van dit vonnis alles te doen en na te laten wat nodig is om NHK c.s., althans een door NHK c.s. aan te wijzen derde of derden, zo spoedig mogelijk in het bezit en genot te stellen van de portefeuille met autoverzekeringen die onder het tussenpersoonnummer van Assurantie0l0 loopt bij Bovemij;
5.2.
veroordeelt SMV c.s. om aan NHK c.s. een dwangsom te betalen van € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de in 5.1 uitgesproken veroordeling voldoet, tot een maximum van € 100.000,00 is bereikt;
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
compenseert de kosten van het geding, zo dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. C. Bouwman en in het openbaar uitgesproken op 30 april 2019.1734/1729