ECLI:NL:RBROT:2019:6548

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
8 juli 2019
Publicatiedatum
16 augustus 2019
Zaaknummer
10/750010-18
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop van gehackte PayPal-accounts en de gevolgen voor de verdachte

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 juli 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die gedurende twee jaar handelde in gehackte PayPal-accounts. De verdachte werd beschuldigd van het verkopen en verwerven van toegangscodes tot deze accounts, wat in strijd is met artikel 138ab van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op meerdere tijdstippen tussen 2 juli 2016 en 5 mei 2018 in Rotterdam en Eindhoven toegangscodes heeft verkocht, met het oogmerk om een misdrijf te plegen. De verdachte heeft de feiten bekend en de rechtbank heeft geoordeeld dat het bewezen verklaarde feit strafbaar is.

De officier van justitie had een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden geëist. De rechtbank heeft echter, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals zijn werkloosheid en de invloed van alcohol, besloten om een lichtere straf op te leggen. De verdachte kreeg een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden en een taakstraf van 180 uur. De rechtbank heeft ook de verbeurdverklaring van de in beslag genomen Apple MacBook bevolen, terwijl de Apple iPhone aan de verdachte werd teruggegeven.

De rechtbank heeft in haar overwegingen de ernst van het feit, de proceshouding van de verdachte en zijn persoonlijke omstandigheden meegewogen. De verdachte heeft openheid van zaken gegeven en spijt betuigd, wat in zijn voordeel heeft gewerkt. De rechtbank heeft besloten om de straffen aan te passen aan de omstandigheden van de verdachte, met als doel hem te weerhouden van toekomstige strafbare feiten.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/750010-18
Datum uitspraak: 8 juli 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsvrouw mr. K.C. van de Wijngaart, advocaat te Schiedam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 24 juni 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. J.M. Bonnes heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 240 uur, subsidiair 120 dagen hechtenis met aftrek van voorarrest, en een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarde een meldplicht bij de reclassering.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Het feit zal zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en nadien geen vrijspraak is bepleit. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij op meerdere tijdstippen in de periode van 2 juli 2016 tot en met 5 mei 2018 te Rotterdam en Eindhoven, meerdere toegangscodes of daarmee vergelijkbare gegevens, waardoor toegang kon worden gekregen tot een (deel van een) geautomatiseerd werk (namelijk dat deel van het internet waarop Pay
Pal wordt gehost), te weten (toegangs)gegevens van Pay
Pal accounts, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties lang
sgeautomatiseerde weg, heeft verkocht en verworven en voorhanden heeft gehad, met het oogmerk om daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, tweede of derde lid van het Wetboek van Strafrecht te plegen.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, tweede of derde lid, van het Wetboek van Strafrecht wordt gepleegd, een computerwachtwoord, toegangscode of een daarmee vergelijkbaar gegeven waardoor toegang kan worden verkregen tot een geautomatiseerd werk of een deel daarvan, verkopen en verwerven en voorhanden hebben, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straffen die aan de verdachte worden opgelegd, zijn gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straffen zijn gebaseerd
De verdachte heeft gedurende een periode van ruim twee jaar gehandeld in gehackte PayPal accounts. PayPal is een online betaalsysteem. Na registratie kan een gebruiker zijn bankrekening of creditcard koppelen aan het account om online betalingen te verrichten. De verdachte kocht de inloggegevens van gehackte accounts via de site blackpass. Vervolgens bood hij diezelfde accounts te koop aan op verschillende handelsplatformen op het Dark Web. De verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij die gegevens na aankoop alleen nog naar het handelsplatform hoefde te kopiëren en dat de transacties daarna volledig geautomatiseerd werden afgehandeld door het handelsplatform. Uit het onderzoek is gebleken dat de verdachte meer dan dertienduizend accounts heeft verkocht. Alhoewel uit het onderzoek niet is gebleken of en zo ja hoeveel schade er mede door het handelen van de verdachte is veroorzaakt, is het aannemelijk dat die gehackte PayPal accounts zijn misbruikt om aankopen te doen waardoor de eigenaren van die PayPal accounts, de verkopende partij en/of het bedrijf PayPal gedupeerd zijn.
De verdachte heeft dus gegevens die door een ander op illegale wijze zijn verkregen doorverkocht om winst te maken. Hij heeft de gegevens van die PayPal accounts verhandeld zoals in de fysieke werkelijkheid een heler kluissleutels verkoopt die door een ander zijn gestolen. De verdachte heeft verklaard dat hij zich ervan bewust was dat die accounts werden gebruikt om betalingen mee te verrichten. Hij heeft zich daar echter niet door laten tegenhouden, de verdachte heeft alleen oog gehad voor financieel voordeel en voelde zich daarbij onbespied door op het darkweb te handelen.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 7 juni 2019, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 29 maart 2019. Dit rapport houdt het volgende in.
De verdachte heeft het tenlastegelegde begaan in een periode waarin hij werkloos was en niets te doen had. De verdachte heeft verklaard dat hij heeft gehandeld uit verveling en onder invloed van alcohol. Ook de lage pakkans en de relatieve anonimiteit op het darkweb hebben meegespeeld. De verdachte woont nu in Rotterdam en heeft een vaste baan. De verdachte heeft regelingen getroffen voor zijn schulden bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). Toch kan zijn financiële situatie een probleemonderwerp zijn. Financiële druk kan nieuwe delicten in de hand werken. Als reclasseringstoezicht wordt opgelegd dan zullen het werk, zijn financiële situatie en het alcoholgebruik van de verdachte gemonitord worden.
De rechtbank heeft acht geslagen op dit rapport.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van het feit kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. De rechtbank zal echter afzien van het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf en zal in plaats daarvan een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen. Oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zou de verdachte zijn baan kosten. Daarnaast weegt ook de proceshouding van de verdachte in positieve zin mee. De verdachte heeft na zijn aanhouding volledige openheid van zaken gegeven, hij heeft zijn verantwoordelijkheid genomen en hij heeft spijt betuigd. De rechtbank laat deze omstandigheden nog zwaarder wegen dan de officier van justitie heeft gedaan en zal in het voordeel van de verdachte afwijken van de eis van de officier van justitie.
Nu de reclassering begeleiding en bijzondere voorwaarden noodzakelijk acht, zal de rechtbank een deel van de voorgenomen straf voorwaardelijk opleggen, met de voorwaarde die hierna wordt genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaring, passend en geboden.

8.In beslag genomen voorwerpen

Aan dit vonnis is als bijlage een lijst gehecht van de in beslag genomen voorwerpen, waarvan de inhoud als hier ingelast dient te worden beschouwd.
8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de in beslag genomen Apple MacBook verbeurd te verklaren en de in beslag genomen Apple iPhone terug te geven aan de verdachte.
8.2.
Standpunt verdediging
De verdediging kan zich vinden in de vordering van de officier van justitie.
8.3.
Beoordeling
De in beslag genomen Apple MacBook zal verbeurd worden verklaard. Het voorwerp behoort aan de verdachte toe en het bewezen feit is met dit voorwerp begaan.
Ten aanzien van de in beslag genomen Apple iPhone zal een last worden gegeven tot teruggave aan de verdachte.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 33, 33a, 57 en 139d van het Wetboek van Strafrecht.

10.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden;
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een
proeftijd,die wordt gesteld op
2 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd de bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarde:
1. de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarde
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf voor de duur van 180 (honderdtachtig) uren,waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
176 (honderdzesenzeventig) urente verrichten taakstraf resteert;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
88 (achtentachtig) dagen;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart verbeurd als bijkomende straf voor het feit de Apple MacBook die op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst is genummerd 1:
- gelast de teruggave aan verdachte van de Apple iPhone die op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst is genummerd 2.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. G.M. Munnichs, voorzitter,
en mrs. W.H.J. Stemker Köster en F. Wegman, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.G. Polke, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 2 juli 2016 tot en met 5 mei 2018 te Rotterdam en/of Eindhoven,althans in Nederland, een of meerdere computerwachtwoord(en), toegangscode(s) en/of daarmee vergelijkba(a)r(e) gegeven(s), waardoor toegang kon worden gekregen tot een (deel van een) geautomatiseerd werk (namelijk de webserver en/of dat deel van het internet waarop Paypal wordt gehost),te weten één of meerdere Paypal accounts (van derden), althans (toegangs)gegevens van Paypal accounts en/of één of meer andere persoonsgegevens (van gebruiker(s) van Paypal), bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties lang geautomatiseerde weg, heeft verkocht en/of verworven en/of verspreid en/of anderszins ter
beschikking heeft gesteld en/of voorhanden heeft gehad, met het oogmerk om daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, tweede of derde lid van het Wetboek van Strafrecht te plegen.