ECLI:NL:RBROT:2019:7486
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling op basis van onvoldoende saneringsbereidheid en inspanningsverplichting
In deze zaak heeft verzoekster op 27 mei 2019 een verzoekschrift ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Tijdens de zittingen op 24 juni en 4 september 2019 zijn verzoekster en haar kinderen gehoord, evenals een vertegenwoordiger van de Kredietbank Rotterdam. De rechtbank heeft in de eerste zitting de mogelijkheid van een dwangakkoord besproken, maar de schuldhulpverlener heeft later aangegeven dat er geen mogelijkheden voor een dwangakkoord waren. De schuldenlast van verzoekster bedraagt € 41.432,30 en zij werkt 20 uur per week.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling alleen kan worden toegewezen als verzoekster aannemelijk maakt dat zij de verplichtingen die voortvloeien uit de regeling zal nakomen. Tijdens de vervolgzitting op 4 september 2019 is er twijfel ontstaan over de saneringsbereidheid van verzoekster. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster zich onvoldoende heeft ingespannen om een zo hoog mogelijke uitdeling aan schuldeisers te realiseren, wat blijkt uit de rapportage van de schuldhulpverlener en de verklaringen van verzoekster zelf.
Verzoekster heeft ter zitting een verklaring van haar huisarts overgelegd, waarin haar fysieke klachten worden beschreven. Desondanks heeft zij geen sollicitaties overgelegd, wat de rechtbank als een gebrek aan inspanning beschouwt. De rechtbank concludeert dat er een reëel risico bestaat dat, indien verzoekster wordt toegelaten tot de schuldsaneringsregeling, er conflicten kunnen ontstaan over haar sollicitatieverplichting. Dit zou kunnen leiden tot een tussentijdse beëindiging van de regeling, waardoor verzoekster tien jaar lang niet in de schuldsaneringsregeling zou mogen. Om deze redenen heeft de rechtbank het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling afgewezen.