Op 25 september 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die op 27 juli 2019 te Rotterdam een geladen vuurwapen en bijbehorende munitie voorhanden had. De verdachte was ten tijde van de zitting preventief gedetineerd in Justitieel Complex Zaanstad. De officier van justitie, mr. B.M. van Heemst, had gevorderd tot een gevangenisstraf van negen maanden, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte een gevangenisstraf van zeven maanden moest krijgen, met aftrek van voorarrest. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een onaanvaardbaar gevaar voor de veiligheid van anderen had gecreëerd door een vuurwapen in een drukbezocht gebied tijdens het Zomercarnaval te bezitten. De verdachte had eerder al veroordelingen voor verboden wapenbezit, wat meegewogen werd in de strafmaat. De rechtbank verklaarde het ten laste gelegde feit bewezen en sprak de verdachte vrij van andere tenlasteleggingen. De rechtbank benadrukte de ernst van het feit en de noodzaak om streng op te treden tegen vuurwapenbezit.