Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[eiser 1] ,
[eiser 2],
1..[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1..De procedure
- de dagvaardingen van 7 juni 2019, met producties,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in (voorwaardelijke) reconventie,
- de brief van de rechtbank van 8 januari 2020, waarbij partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling,
- de brief van de rechtbank van 2 april 2020, met het bericht dat de geplande mondelinge behandeling niet doorgaat in verband met de Corona-problematiek en de zaak wordt verwezen naar de rol voor een tweede schriftelijke ronde,
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in (voorwaardelijke) reconventie, met producties,
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in (voorwaardelijke) reconventie,
- de conclusie van dupliek in (voorwaardelijke) reconventie.
als heersend erf en ten laste van het aan de gemeente verblijvende gedeelte van gemeld kadastrale perceel met het daarop staande woonhuis met verder aanbehoren [adres 2] als lijdend erf, de erfdienstbaarheid van weg om te komen van- en te gaan naar de openbare straat, over het ter plaatse gelegen pad en op de thans bestaande wijze (…)”
4..De beoordeling
- dagvaarding € 101,06
- griffierecht € 297,00
- salaris