In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, uitgesproken op 17 november 2020, is de wijziging van de zorg- en opvoedingstaken en de omgangsregeling voor de minderjarigen [naam kind 1] en [naam kind 2] aan de orde. De kinderrechter heeft de zaak behandeld naar aanleiding van een verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, die op 20 oktober 2020 een verzoek indiende tot wijziging van de bestaande regeling. De ouders, de moeder en de vader, zijn bijgestaan door hun advocaten, respectievelijk mr. A.J.H.M. Hopmans en mr. C. Ekholm. De kinderrechter heeft de zaak met gesloten deuren behandeld, waarbij de ouders en een vertegenwoordiger van de GI aanwezig waren.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de huidige omgangsregeling, die in 2019 is vastgesteld, niet meer voldoet aan de behoeften van de kinderen. De GI heeft geconstateerd dat de ouders niet in staat zijn om samen tot een oplossing te komen, wat leidt tot onrust voor de kinderen. De kinderrechter heeft de belangen van de kinderen vooropgesteld en geconcludeerd dat de voorgestelde wijziging van de omgangsregeling, die meer evenwicht biedt en rekening houdt met de wensen van de kinderen, noodzakelijk is. De nieuwe regeling houdt in dat de kinderen om en om een weekend bij de vader en de moeder verblijven, met specifieke afspraken over schooldagen, vakanties en feestdagen.
De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en geldt voor de duur van de ondertoezichtstelling, die loopt tot 23 april 2021. De ouders zijn aangespoord om gezamenlijk te blijven overleggen over de omgangsregeling, in het belang van de kinderen. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.