Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
beschikking ondertoezichtstelling
de Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht, hierna te noemen de Raad, gevestigd te Rotterdam,
[naam minderjarige] , geboren op [geboortedatum minderjarige] 2004 te [geboorteplaats minderjarige] , hierna te noemen [voornaam minderjarige] .
[naam moeder] , hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats] ,
[naam stiefvader] , hierna te noemen de stiefvader, wonende te [woonplaats] .
Het procesverloop
De feiten
Het verzoek en het standpunt van de Raad
[voornaam minderjarige] wordt ernstig in zijn ontwikkeling bedreigd. Er zijn spanningen in het gezin, waarbij sprake is van fysieke en verbale agressie van [voornaam minderjarige] richting de ouders. Ook de schoolgang van [voornaam minderjarige] verloopt moeizaam. Gezien wordt dat de moeder overbelast is. Ondanks dat zij samen met de stiefvader goed heeft meegewerkt aan de hulpverlening en de MST therapie, heeft dit tot onvoldoende resultaat geleid. [voornaam minderjarige] blijft zelfbepalend gedrag vertonen. Daarnaast geeft hij sociaal wenselijke antwoorden richting de hulpverlening. Er bestaan zorgen over zijn drank- en (soft)drugsgebruik en zijn contacten met de politie. De Raad acht een ondertoezichtstelling nodig om hulpverlening in te zetten op meerdere fronten. Voor [voornaam minderjarige] is het van belang dat hij een individuele coach krijgt en de moeder en de stiefvader moeten begeleid worden bij het stellen van grenzen. Hoewel de moeder en de stiefvader meewerken aan de hulpverlening, is een ondertoezichtstelling nodig om ook [voornaam minderjarige] hierbij te betrekken. Gezien de ernst van de problemen en het feit dat het realiseren van veranderingen tijd vergt, is de Raad van mening dat een ondertoezichtstelling van een jaar nodig is om te bezien of er sprake is van blijvende, positieve gedragsveranderingen.
Het standpunt van de GI
Het standpunt van belanghebbenden
De beoordeling
De beslissing
Den Haag.