ECLI:NL:RBROT:2020:12639

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 december 2020
Publicatiedatum
18 januari 2021
Zaaknummer
C/10/609614 / FA RK 20-9718
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voortzetting crisismaatregel op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 14 december 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. De officier had verzocht om de voortzetting van de op 10 december 2020 opgelegde crisismaatregel, waarbij de betrokkene, een jongere geboren in 2007, thans verblijvende in Yulius te Barendrecht, betrokken was. Tijdens de mondelinge behandeling werd betrokkene gehoord, samen met zijn advocaat, en twee psychiaters. De psychiater verklaarde dat er geen sprake was van een psychische stoornis, maar dat betrokkene kwetsbaar was door autisme en ADHD, met vooral gedragsproblemen. De rechtbank oordeelde dat de suïcidale uitspraken van betrokkene instrumenteel waren om grip te houden op zijn omgeving en dat er geen grond was voor de voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie afgewezen, met de overweging dat er geen sprake was van een stoornis in de zin van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/609614 / FA RK 20-9718
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 14 december 2020 betreffende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] 2007 te [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende aan de [adres berokkene] , [postcode betrokkene] te [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in Yulius, locatie [naam locatie] te Barendrecht,
advocaat mr. L.A. Middelkoop te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 11 december 2020, heeft de officier verzocht om voortzetting van de op 10 december 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 10 december 2020;
  • de medische verklaring opgesteld door drs. [naam psychiater 1] , psychiater, van 10 december 2020;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • het bericht dat er geen relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 14 december 2020.
Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam psychiater 2] , psychiater, verbonden aan Yulius;
  • [naam vader betrokkene] , vader.
1.3.
De officier is gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Betrokkene is opgenomen vanwege agressie en suïcidale uitspraken. De psychiater verklaart tijdens de mondelinge behandeling dat er geen sprake is van een psychische stoornis. Betrokkene is kwetsbaar door autisme en ADHD. Er is vooral sprake van gedragsproblemen. Betrokkene is dominant zelfbepalend. Zijn suïcidale uitspraken zijn instrumenteel om grip te houden op zijn omgeving. Betrokkene heeft een veilige en gestructureerde omgeving nodig zodat hij leert gezag te respecteren en zich te houden aan de regels. Er is geen sprake van een stoornis in de zin van de Wvggz.
2.2.
Gelet op het voorgaande wordt het verzoek afgewezen.

3..Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 14 december 2020 mondeling gegeven door mr. J.J. Klomp, rechter, in tegenwoordigheid van H.J. de Wit, griffier, en op 14 december 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.