ECLI:NL:RBROT:2020:13103

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 april 2020
Publicatiedatum
16 maart 2021
Zaaknummer
C/10/592808 / KG ZA 20-227
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot staking van retentierecht en nakoming van douanerechten in kort geding tussen Equipmed Europe Limited en Kuehne + Nagel Logistics B.V.

In deze zaak vordert Equipmed Europe Limited (hierna: Equipmed) in kort geding dat Kuehne + Nagel Logistics B.V. (hierna: K+N) haar beroep op retentierecht staakt en de goederen die K+N onder zich houdt, ter beschikking stelt aan Equipmed. De achtergrond van het geschil ligt in de samenwerking tussen partijen, waarbij K+N verantwoordelijk was voor de logistiek en douaneformaliteiten voor Equipmed. Equipmed heeft een deel van de facturen van K+N betwist, omdat zij van mening is dat K+N onjuiste HS codes heeft toegepast, waardoor te hoge douanerechten in rekening zijn gebracht. K+N heeft in reactie hierop een beroep gedaan op haar retentierecht, omdat Equipmed haar betalingen heeft opgeschort.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat Equipmed terecht een deel van haar betalingen heeft opgeschort, maar dat er ook een aanzienlijk bedrag openstaat dat niet voldoende gemotiveerd is betwist. De rechter oordeelt dat K+N haar retentierecht moet staken, maar alleen nadat Equipmed een bedrag van € 125.000,00 heeft betaald of zekerheid heeft gesteld voor dat bedrag. De vordering van Equipmed om K+N te veroordelen tot nakoming van de gemaakte afspraken met betrekking tot douanerechten is afgewezen, omdat deze onvoldoende gespecificeerd was. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij haar eigen kosten draagt.

De uitspraak is gedaan door mr. P. de Bruin op 17 april 2020.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/592808 / KG ZA 20-227
Vonnis in kort geding van 17 april 2020
in de zaak van
de rechtspersoon naar vreemd recht
EQUIPMED EUROPE LIMITED,
gevestigd te Londen, Verenigd Koninkrijk,
eiseres,
advocaat mr. J.W. van Koeveringe te Middelburg,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KUEHNE + NAGEL LOGISTICS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. de naamloze vennootschap
KUEHNE + NAGEL N.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagden,
advocaat mr. F.J.H. Krumpelman te Rotterdam.
Partijen worden hierna Equipmed en K+N genoemd.

1..De procedure

1.1.
Vanwege de coronacrisis geldt voor procedures in kort geding tijdelijk een van het Landelijk procesreglement kort gedingen rechtbanken handel/familie afwijkende regeling. Vooruitlopend op deze op rechtspraak.nl gepubliceerde tijdelijke regeling heeft de voorzieningenrechter dit kort geding aangemerkt als een urgente zaak en beslist dat de procedure hoofdzakelijk schriftelijk zal verlopen. Bij e-mail van 25 maart 2020 heeft de voorzieningenrechter de termijnen voor de proceshandelingen bepaald en aan partijen medegedeeld dat laatste vragen en opmerkingen tijdens telehoormoment op 3 april 2020 aan bod zullen komen.
1.2.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de vrijwillige verschijning van partijen;
  • de niet uitgebrachte dagvaarding van 16 maart 2020, met productie 1 tot en met 34;
  • de pleitnota/conclusie van antwoord van 2 april 2020, met producties 1 tot en met 14;
  • de vragen van de voorzieningenrechter, gesteld per e-mail van 2 april 2020;
  • de conclusie van repliek van 3 april 2020;
  • de conclusie van dupliek van 3 april 2020;
  • het telehoormoment van 3 april 2020 om 11:00 uur, waaraan de voorzieningenrechter, de griffier en voornoemde advocaten van partijen deelgenomen en dat ongeveer 30 minuten heeft geduurd.
1.3.
Vonnis is bepaald op heden

2..De feiten

2.1.
Equipmed is sinds 1976 een onafhankelijke distributeur en ontwikkelaar in Australië voor de markten voor esthetiek, dermatologie, desinfectie en cardiologie. Het is een internationaal bedrijf met vertegenwoordiging in 58 landen.
2.2.
K+N heeft meer dan drieduizend medewerkers op 22 verschillende locaties en zorgt voor zeevracht, luchtvracht, overland en contract logistics.
2.3.
Partijen hebben vanaf 2015 zaken met elkaar gedaan. K+N verzorgde voor Equipmed de supply chain, bestaande uit de logistiek (planning en transport) en de opslag van de producten in Born. K+N regelde daarnaast voor Equipmed alle import en export formaliteiten, zoals douaneformaliteiten. Voor laatstgenoemde werkzaamheden betaalde Equipmed vanaf het begin van de samenwerking maandelijks een vast bedrag van € 750,00.
2.4.
In oktober 2018 heeft K+N een ‘Agreement / authorisation to act as direct representative’ (hierna: de overeenkomst) opgesteld, die op 18 oktober 2018 door de CEO van Equipmed, de heer [persoon A] (hierna: [persoon A] ), is ondertekend. Als contractspartijen staan Kuehne + Nagel Logistics B.V. en Kuehne + Nagel N.V. vermeld.
2.5.
De overeenkomst is ingegaan op 18 oktober 2018 en heeft een looptijd van twee jaar. De overeenkomst is beëindigd per 1 februari 2020.
2.6.
Op grond van artikel 1.1 van de overeenkomst zijn de FENEX-voorwaarden op de overeenkomst van toepassing.
2.7.
Tussen partijen is een dispuut ontstaan over de kwaliteit van de dienstverlening van K+N en over de uit de dienstverlening voortvloeiden betalingsverplichtingen. Bij e-mailbericht van 1 augustus 2019 heeft [persoon A] , na een betalingsherinnering van K+N, aan K+N het volgende bericht:
“(…)
I understand and one of the invoices was paid today, however I am concerned about the costs of the mistakes coming from K&N and we are expecting to see some credits from these invoices, however as I mentioned, one was paid today.
(…)”
2.8.
Bij e-mailbericht van 27 augustus 2019 heeft [persoon A] , na nog een aantal betalingsherinneringen van K+N, aan K+N het volgende bericht:
“(…)
I have tried not to escalate this as our payment history has been very good over the last 3-4 years. The reason we delayed payments is because the service levels of K&N have deteriorated very badly with many mistakes, wrong stock picks, not meeting the 72 hours service level requirements.
So when you want to charge us these late fees etc as you have stated in your email from next month, you had better be ready for some push back and some levy fees of our own trying to cover the costs associated with handling and sorting the mistakes from K&N, as while I have been patient and understanding of some issues, I will not stand by and let you charge late fees when the very service you are charging for is in question.
(…)”
2.9.
Bij e-mailbericht van 23 oktober 2019 heeft de heer [persoon B] , General Manager van Equipmed, aan K+N bericht:
“(…)
Please find attached our reconciliation of warehouse and shipment issues attributed to K&N from July through September. You will appreciate the effort to compile this and the findings are, quite frankly, startling.
While there have been numerous compounding problems with incorrect picks or incorrect shipment addresses, the number of shipments falling outside our agreed SLA is too high to continue. Our customers are complaining to us about shipments errors and delays, this report supports our claim that K&N are not meeting agreed performance standard.
(…)”
2.10.
Bij e-mailbericht van 9 december 2019 heeft Equipmed de factuur van november 2019 betwist omdat niet de juiste HS codes zouden zijn gebruikt door K+N. Een HS code is een meercijferige goederencode die de douane wereldwijd gebruikt om producten in te delen. Door deze code te vermelden in de douaneaangifte weet de douane welke producten de betreffende import- of exportzending bevat. De douane in het bestemmingsland weet door de codes hoeveel invoerrechten en andere invoerbelastingen zij moet heffen. Een HS code geeft tevens aan of er niet-financiële maatregelen gelden bij in- en uitvoer van een product. [persoon A] schrijft in de e-mail van 9 december 2019 aan K+N onder meer het volgende:
“(…)
I will arrange the October invoice to be paid this month, however there is some issues with the November invoice in the Duty that has been charged as all these items should be duty free and your customs department have used different HS codes for the same products, how they have done that is beyond me, but we have never had a question or anything about which HS code is correct or not just a a huge process about a year ago to confirm which HS codes to use.
Regardless of which ones were used however it is our understanding that the ones used are also Duty Free, so how app. 13,000 Euros of Duty has been charged is surprising.
(…)”
2.11.
Bij e-mailbericht van 12 december 2019 bericht K+N aan Equipmed onder meer het volgende:
“(…)
Equipmed indicate on their invoices which HS code to use. We checked if we did correctly and it turns out to be correct for all of the duties in the invoice.
More generally, we perform customs declarations under the PoA Indirect Representation and this means that the customer is responsible for providing the correct data and documents, based on which we can perform customs declaration.
Sometimes we provide advice, when we see a wrong HS code, but that is no more than an advice, which is a service never invoiced.
As a consequence of the above Equipmed had no reason to withold payment for the duties invoiced.
If they decide not to proceed with the payment we will necessarily need to stop import on behalf of Equipmed.
(…)”
2.12.
In reactie hierop heeft [persoon A] bij e-mailbericht van 12 december 2019 het volgende aan K+N bericht:
“(…)
Secondly I have checked with the custom department and it is the responsibility of the custom broker to correctly classify the products entering the country regardless of whats on the commercial invoice and certainly where there is no mention of HS Code on the invoice, so the correct classification is their job not mine and if they are not sure then they should double check and ask fot information, something they have never done.
However it seems from my investigation that the shipments in question should have been cleared through the following code:
[ [code 1] ]
[ [code 2] ]
The ridiculous nature of your customs department’s statement is that they have used this range of codes on some of the shipments and then used a different HS code on other shipments for the same suppliers. For example:-
Airway bill number [bill number 1] for Dermapen Needles they have used HS code [code 3]
Airway bill number [bill number 2] for Dermapen Needles they have used HS code [code 3]
Airway bill number [bill number 3] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
Airway bill number [bill number 4] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
Airway bill number [bill number 5] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
Airway bill number [bill number 6] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
Airway bill number [bill number 7] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
Airway bill number [bill number 3] for Dermapen Needles they have used HS code [code 4]
All the [code 4] have been charged duty, whereas the correct HS code range mentioned above and the one that they have used on a large number of these shipments. [code 3] is duty free. Hence apart form maybe [bill number 8] which I am still looking into, all of the above shipments should be duty free and K&N need to rectify it.
(…)”
2.13.
In reactie hierop bericht [persoon C] namens K+N bij e-mailbericht van
17 december 2019 aan [persoon A] dat het aan Equipmed is om de juiste codes aan te leveren.
2.14.
Bij e-mailbericht van 10 januari 2020 stelt [persoon A] aan K+N voor om een bezoek te plannen om zo tot overeenstemming te komen over het ontstane dispuut over de HS codes en de overige openstaande punten.
2.15.
Equipmed heeft de betaling van de door haar betwiste facturen opgeschort.
2.16.
Op 11 januari 2020 bericht K+N dat zij een beroep doet op haar retentierecht zolang Equipmed niet overgaat tot betaling van de openstaande facturen.
In het e-mailbericht staat voor zover van belang het volgende:
“(…)
First of all, I will not accept any claim with regards to stock accuracy or servicelevels. There is no contractual agreement on these items.
Secondly we still have unpaid and uninvoiced custom clearance activities from both 2018 and 2019.
(…)
To conclude the above, we will only start the first phase of moving your goods to the new Service Provider after all outstanding invoices have been paid incl. the non-overdue invoices. Furthermore we will create an invoice which include all movecosts incl. fase 2. This invoice needs to be paid before we start the second and final phase of the move.
(…)”
2.17.
Bij e-mailbericht van 14 januari 2020 verzoekt [persoon A] aan K+N om de levering van de goederen in de eerste tranche doorgang te laten vinden. K+N bericht bij e-mail van 16 januari 2020 hierover het volgende:
“(…)
Fully understand your position. However I will not start Tranche 1 on good faith and assume all invoices will be paid.
This is the only leverage I have and I will stick to that.
(…)
So I would like to turn it around, all outstanding invoices incl. attached invoice needs to be paid immediately and, if any, disputes will be dealt with in a later stage.
(…)”
De bijgevoegde factuur betreft een bedrag van € 96.373,15 en betreft een gesaldeerd bedrag van customs fees over de periode van januari 2018 tot en met juli 2019 verminderd met een credit for monthly invoiced fixed Customs representation.
2.18.
Bij brief van 23 januari 2020 heeft mr. Van Koeveringe namens Equipmed aan K+N bericht dat Equipmed het niet eens is met opwaartse prijsaanpassing van de door K+N geleverde diensten inzake de douaneformaliteiten met terugwerkende kracht vanaf 2015 zonder dat overleg met Equipmed heeft plaatsgevonden. In deze brief worden juridische stappen aangekondigd indien K+N niet overgaat tot het vrijgeven van de goederen.
2.19.
In februari 2020 is het restant van de goederen in de eerste tranche alsnog door K+N vrijgegeven. K+N houdt de resterende goederen thans nog onder zich.

3..Het geschil

3.1.
Equipmed vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, om:
I. K+N hoofdelijk te veroordelen om ieder beroep op haar retentierecht onmiddellijk te staken en gestaakt te houden, en K+N hoofdelijk te bevelen binnen 24 uur dan wel binnen 48 uur na betekening van dit vonnis, alle producten die vermeld staan op de lijst als productie 28 aan de dagvaarding gehecht onvoorwaardelijk ter vrije beschikking te stellen aan Equipmed door deze op de gebruikelijke wijze aan Equipmed af te geven op straffe van een te verbeuren dwangsom;
II. K+N hoofdelijk te veroordelen tot nakoming van de gemaakte afspraken uit hoofde van de overeenkomst binnen 3 dagen na betekening van dit vonnis, meer in het bijzonder door al het nodige te doen om bij de daartoe bevoegde instantie(s) restitutie c.q. kwijtschelding c.q. aanpassing van de ten onrechte c.q. onjuist opgelegde douanerechten te bewerkstelligen op straffe van een te verbeuren dwangsom,
dan wel een zodanige maatregel te treffen die de voorzieningenrechter in goede justitie meent te behoren en met hoofdelijke veroordeling van K+N in de proceskosten en de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente indien K+N deze kosten niet binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis voldoet, tot aan de dag van algehele voldoening.
3.2.
Equipmed legt het volgende aan haar vorderingen ten grondslag. K+N heeft als opdrachtnemer in de diensten die zij voor Equipmed verricht fouten gemaakt en is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen. K+N heeft onjuiste HS codes toegepast, waardoor de door K+N gefactureerde bedragen – in het bijzonder daarop in rekening gebrachte invoerrechten – te hoog en ten onrechte bij Equipmed in rekening zijn gebracht. Daarnaast zijn er goederen van Equipmed zoekgeraakt in de opslag van K+N. Bovendien heeft K+N de vaste prijs voor de douane werkzaamheden eenzijdig verhoogd en met terugwerkende kracht bij Equipmed in rekening gebracht. De door K+N doorgevoerde prijsaanpassing is niet overeengekomen. Daar komt bij dat de FENEX-voorwaarden op de overeenkomst van toepassing zijn en die een verjaringstermijn van negen maanden kennen. De prijsaanpassingsvordering is daarom verjaard. Het voorgaande heeft ertoe geleid dat Equipmed (een deel van) de facturen heeft betwist en haar betalingen (deels) heeft opgeschort. K+N is daardoor in schuldeisersverzuim geraakt waardoor zij geen beroep kan doen op een retentierecht. Het beroep op het retentierecht is bovendien, gelet op de waarde van de goederen, buitenporportioneel, wat misbruik van bevoegdheid oplevert. Equipmed heeft er recht op en spoedeisend belang bij dat zij zo spoedig mogelijk weer vrij over haar goederen kan beschikken, zodat zij deze kan uitleveren aan haar afnemers. De waarde van de goederen die K+N onder zich houdt, bedraagt ruim US$ 1,1 miljoen en de kosten en schade voor Equipmed lopen iedere dag waarop zij niet over de goederen kan beschikken op.
3.3.
K+N concludeert tot afwijzing van het gevorderde met veroordeling van Equipmed in de proceskosten. K+N voert daartoe het volgende aan. Equipmed wil zonder de door haar (on)betwiste facturen te betalen dat K+N haar retentierecht opgeeft. Dat gaat niet op. Het beroep op het retentierecht is niet onterecht. Uit de FENEX-voorwaarden volgt dat alle vorderingen, zelfs toekomstige vorderingen, direct opeisbaar zijn bij beëindiging van de relatie tussen partijen. Bovendien is K+N niet tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichting jegens Equipmed waardoor Equipmed geen rechtsgrond heeft om de betaling op te schorten. Op grond van de overeenkomst is het aan Equipmed om alle benodigde gegevens aan te leveren. Door K+N is wel om de juiste HS codes gevraagd. Equipmed heeft op geen enkele wijze inzichtelijk gemaakt dat en welke verkeerde tariefcodes zijn gebruikt. Equipmed is daarom de door K+N afgedragen invoerrechten verschuldigd, ook al zijn deze door K+N rijkelijk laat doorbelast. Dat de administratie van de goederen die K+N voor Equipmed in opslag heeft gebrekkig is wordt niet door Equipmed aangetoond. Ten aanzien van de prijsstijging voor de douanewerkzaamheden voert K+N aan dat het aantal werkzaamheden vanaf 2018 fors omhoog ging waardoor K+N het vaste bedrag van € 750,00 is gaan zien als een voorschot. De verhoging is meegenomen in de afrekening over de periode januari 2018 tot en met juli 2019.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4..De beoordeling

De bevoegdheid

4.1.
In de FENEX-voorwaarden die op de overeenkomst van toepassing zijn, is in artikel 23 een arbitraal beding opgenomen. Op grond van artikel 1022 Rv moet de rechter, bij wie een geschil aanhangig is gemaakt waarover een overeenkomst tot arbitrage is gesloten, zich onbevoegd verklaren als een partij zich voor alle weren op het bestaan van deze overeenkomst beroept, tenzij de overeenkomst ongeldig is. Een overeenkomst tot arbitrage belet echter niet dat een partij zich, zoals in dit geval, wendt tot de voorzieningenrechter van de rechtbank om een onmiddellijke voorziening bij voorraad als bedoeld in artikel 254 Rv te verkrijgen (artikel 1022a Rv). Uit de stelling van Equipmed dat in het arbitragereglement geen mogelijkheid van een spoedarbitrage is opgenomen volgt dat de gevraagde beslissing niet of niet tijdig in arbitrage kan worden gekregen. Door K+N is dit ook niet betwist. De voorzieningenrechter acht zich daarom bevoegd om van dit geschil kennis te nemen.
Het spoedeisend belang
4.2.
Uitgaande van de stelling van Equipmed dat het niet vrijgeven van de goederen tot gevolg heeft dat zij niet kan uitleveren aan haar afnemers en dat vertraging in die aflevering tot schade leidt, is het spoedeisend belang van Equipmed bij het gevorderde voldoende gegeven.
De vordering onder I
4.3.
Vooropgesteld wordt dat een vordering in kort geding, waar slechts het treffen van een voorlopige voorziening aan de orde is, slechts toewijsbaar is indien met grote mate van waarschijnlijkheid valt te verwachten dat in een bodemprocedure de vordering zal worden toegewezen. Dit betekent dat de vordering van Equipmed alleen kan worden toegewezen indien met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid moet worden aangenomen dat in een bodemprocedure wordt geoordeeld dat zij terecht haar betalingen aan K+N heeft opgeschort en K+N om die reden onterecht een beroep doet op haar retentierecht.
4.4.
Artikel 6:52 BW kent aan de schuldenaar van een opeisbare vordering onder voorwaarden in algemene zin een opschortingsrecht toe. Zijn beide verbintenissen opeisbaar en volgt uit de onderlinge verhouding tussen partijen niet wie als eerste moet presteren, dan moeten partijen gelijk oversteken. In dat geval mag worden opgeschort door de partij bij wiens wederpartij de nakoming als eerste stokt. Is die reden deugdelijk dan is het niet nakomen aan te merken als een bevoegde opschorting (met als gevolg dat opschorting door de andere partij niet toegelaten is vanwege schuldeisersverzuim); is zij niet deugdelijk dan is de andere partij bevoegd de nakoming van haar prestatie op te schorten.
4.5.
Tussen partijen staat vast dat er nog een bedrag van € 163.777,67 aan facturen van K+N openstaat. Duidelijk is dat K+N in verband hiermee vanaf 11 januari 2020 een beroep op haar retentierecht doet. Equipmed betwist een groot deel van de openstaande facturen. Niet duidelijk is echter vanaf wanneer precies Equipmed betalingen in juridische zin heeft opgeschort. Dat betekent dat op dit moment niet kan worden beoordeeld of K+N op 11 januari 2020 nog een beroep op een retentierecht toekwam.
Uit de combinatie van haar e-mailbericht van 12 december 2019 in combinatie met de factuur van K+N van 28 november 2019, waarop een bedrag aan Customs van € 15.748,53 in rekening is gebracht, volgt dat Equipmed de verschuldigdheid van dat bedrag betwist omdat K+N de verkeerde HS codes heeft gebruikt. In die e-mail zet Equipmed ten aanzien van 7 ladingen uiteen welke code K+N heeft gebruikt en welke code had moeten worden gebruikt. K+N heeft hier – behalve met de stelling dat het aan Equipmed was om de juiste codes aan te leveren – niet inhoudelijk op gereageerd en dit niet weerlegd.
Equipmed heeft daarnaast de verschuldigdheid van een bedrag van € 23.567,52 gemotiveerd betwist. Dit betreft de vergoeding voor dat deel van de (extra) douane werkzaamheden waarvoor K+N met terugwerkende kracht extra kosten in rekening heeft gebracht. Equipmed heeft zich op het standpunt gesteld dat dit nooit met haar is afgesproken en dat er een vast tarief was overeengekomen. Equipmed heeft daarnaast gesteld dat deze vordering verjaard is omdat de FENEX-voorwaarden van toepassing zijn. K+N heeft aangevoerd dat het aan het FENEX-arbitragepanel is om hier iets van te vinden, maar dit kan niet als een gemotiveerde betwisting worden gezien. De voorzieningenrechter neemt daarbij in aanmerking dat tussen partijen vaststaat dat de FENEX-voorwaarden van toepassing zijn op de overeenkomst, en dat de douanewerkzaamheden die K+N voor Equipmed verricht onder de overeenkomst vallen. Dat de bedoelde (deel)vordering verjaard is kan dan ook op voorhand niet worden uitgesloten.
4.6.
Het voorgaande leidt tot het voorlopige oordeel dat Equipmed voor een bedrag van ruim € 38.000,00 terecht haar betalingen heeft opgeschort. Ten aanzien van het resterende bedrag van € 125.000,00 overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
Ten aanzien van dit bedrag betwist Equipmed de verschillende facturen, en de daarop voorkomende verschillende bedragen, onvoldoende gemotiveerd. Waarom en of er überhaupt teveel aan douanerechten door K+N in rekening is gebracht, maakt Equipmed ten aanzien van de overige facturen niet inzichtelijk. Equipmed heeft niet nader gespecificeerd welke codes er zijn gebruikt en welke codes hadden moeten worden gebruikt. Dat K+N mogelijk ten aanzien van een aantal ladingen de mist ingegaan is, wil nog niet zeggen dat zij al haar werkzaamheden niet correct heeft uitgevoerd. Op dit moment zijn er dan ook onvoldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat Equipmed ook ten aanzien van dit bedrag terecht haar betalingen heeft opgeschort. Dat betekent dat in zoverre niet van K+N kan worden verlangd om haar retentierecht op te geven. Dat leidt tot de volgende beslissing.
De vordering onder I wordt toegewezen onder de voorwaarde dat Equipmed € 125.000,00 betaalt aan K+N. Pas na voldoening daarvan, dan wel na zekerheidstelling voor dat bedrag door Equipmed als K+N daarmee instemt, dient K+N haar retentierecht te staken en de goederen van Equipmed vrij te geven. De gevorderde dwangsom wordt gelet op het voorgaande afgewezen. Het deel van de vordering onder I waarin wordt gevorderd om K+N te bevelen alle producten zoals vermeld op de lijst die als productie 28 aan de dagvaarding is gehecht ter vrije beschikking aan Equipmed te stellen wordt toegewezen met dien verstande dat, ter voorkoming van executiegeschillen, deze verplichting wordt beperkt tot de goederen waarvan K+N erkent dat zij die onder zich houdt, nu partijen van mening verschillen over wat K+N precies onder zich houdt en de voorzieningenrechter dat in het bestek van dit kort geding niet (met voldoende mate van zekerheid) kan vaststellen.
De vordering onder II
4.7.
Equipmed heeft onder II gevorderd om K+N hoofdelijk te veroordelen tot nakoming van de gemaakte afspraken uit hoofde van de overeenkomst door al het nodige te doen om bij de daartoe bevoegde instantie(s) om restitutie, kwijtschelding of aanpassing van de ten onrechte dan wel onjuist opgelegde douanerechten te bewerkstelligen. Slechts voor de factuur van november 2019 heeft Equipmed bij e-mailbericht van 12 december 2019 aangegeven welke HS codes zijn gebruikt door K+N en welke gebruikt hadden moeten worden. Voor de overige ladingen en openstaande bedragen is zoals reeds in 4.6. is overwogen door Equipmed per heffing van douanerechten niet geconcretiseerd of gespecificeerd welke HS code van toepassing is en welk tarief (volgens Equipmed) dient te worden gehanteerd. Op dit moment is de vordering daarom te onbepaald zodat deze wordt afgewezen.
De proceskosten
4.8.
Aangezien elk van partijen als op enig punt in het ongelijk gesteld is te beschouwen, worden de proceskosten worden gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.

5..De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
veroordeelt K+N hoofdelijk om ieder beroep op haar retentierecht te staken en gestaakt te houden nadat Equipmed een bedrag van € 125.000,00 aan K+N heeft voldaan, dan wel – indien K+N daarmee instemt – voor dat bedrag zekerheid heeft gesteld,
5.2.
veroordeelt K+N hoofdelijk om binnen 48 uur nadat Equipmed € 125.000,00 heeft betaald dan wel voor dat bedrag zekerheid heeft gesteld, de goederen van Equipmed die zij onder zich houdt ter vrije beschikking aan Equipmed te stellen,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. de Bruin en in het openbaar uitgesproken op 17 april 2020.
2180/2009