Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 6 maart 2019 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- de akte na tussenvonnis van De Vereende;
- de akte van Reaal;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 6 september 2019;
- het faxbericht van mr. Van Rossenberg van 2 oktober 2019 dat Reaal geen getuigen wenst voor te brengen;
- de conclusie na getuigenverhoor van De Vereende;
- de antwoordconclusie na getuigenverhoor van Reaal.
2.De verdere beoordeling
56.
11 september 2012 en tijdens zijn getuigenverklaring in deze procedure consequent verklaard dat hij niet wist van de diefstal uit 2009 en dat hij, als hij op de hoogte zou zijn geweest van de diefstal uit 2009, [naam 4] zou hebben geadviseerd die te melden op het aanvraagformulier en dat hij nooit zou hebben gezegd dat dit niet nodig was, omdat het achterhouden van belangrijke informatie tot problemen kan leiden. Ook heeft [naam 3] verklaard dat hij de slotpassage van het aanvraagformulier waar het belang van het naar waarheid invullen is vermeld, extra heeft voorgelezen, zoals hij dat altijd doet in zijn gesprekken met klanten.
4.267,50(2,5 punten × tarief € 1.707,00)