ECLI:NL:RBROT:2020:2401
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.F. Frankruijter
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak met niet-ontvankelijk verklaring
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 maart 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. De verzoekster, Bouwcombinatie Wijnhaven C.V., had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, dat op 25 september 2019 een omgevingsvergunning had verleend aan Accresco Vastgoed XIX B.V. voor het bouwen in strijd met de regels voor ruimtelijke ordening. Verzoekster vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, omdat zij de beslissing op bezwaar niet kon afwachten. Het onderzoek ter zitting vond plaats op 4 december 2019, maar door omstandigheden kon de voorzieningenrechter niet binnen de wettelijke termijn van twee weken na de zitting uitspraak doen. Op 2 maart 2020 werd een beslissing op bezwaar genomen, waarbij het bezwaar van verzoekster niet-ontvankelijk werd verklaard. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen connexiteit meer was tussen het verzoek om voorlopige voorziening en het bezwaar, omdat er inmiddels op het bezwaar was beslist. Hierdoor kon de voorzieningenrechter niet meer toekomen aan een beoordeling van het verzoek. De voorzieningenrechter verklaarde het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.