ECLI:NL:RBROT:2020:3288
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 3 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift, dat op 2 april 2020 ter griffie is ingekomen, was gericht op de voortzetting van de op 1 april 2020 opgelegde crisismaatregel, zoals bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Bij het verzoekschrift waren verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel en een medische verklaring van psychiater T. de Gooijer.
De mondelinge behandeling vond plaats op 3 april 2020, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, mr. D.S. Lösing, telefonisch zijn gehoord. Ook was er een psychiater van Fivoor aanwezig. Tijdens de behandeling werd vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een neurocognitieve stoornis. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat, aangezien het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging ten aanzien van de betrokkene was toegewezen, het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel moest worden afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter mr. P. Vrolijk en op 8 april 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.