ECLI:NL:RBROT:2020:3563
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 30 maart 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 6 maart 2020, was gebaseerd op de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde dag gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder de advocaat van de betrokkene en een sociaal pedagogisch hulpverlener, zijn gehoord. De rechtbank heeft geprobeerd telefonisch contact op te nemen met de betrokkene, maar kreeg geen gehoor.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een psychotische stoornis en een stoornis in het cannabisgebruik. Het gedrag van de betrokkene leidde tot ernstig nadeel, waaronder het risico op ernstige psychische schade en hinderlijk gedrag dat agressie van anderen opriep. De rechtbank oordeelde dat er geen mogelijkheden voor zorg op vrijwillige basis waren en dat verplichte zorg noodzakelijk was om het ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren.
De rechtbank verleende een zorgmachtiging voor de duur van twee maanden, met de mogelijkheid tot ambulante toediening van depotmedicatie en andere medische handelingen. De rechtbank oordeelde dat de voorgestelde verplichte zorg evenredig en effectief was, en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter L.M. Coenraad en is op 3 april 2020 schriftelijk uitgewerkt.