ECLI:NL:RBROT:2020:3693
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Voortzetting van crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam
Op 1 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. De officier had verzocht om de voortzetting van de op 30 maart 2020 opgelegde crisismaatregel, die was genomen op basis van artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De betrokkene, die in een psychiatrische instelling verbleef, vertoonde verzet tegen zijn behandeling en had eerder agressief gedrag vertoond. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf en zijn advocaat. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, wat de voortzetting van de crisismaatregel rechtvaardigde. De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor een periode van drie weken, met specifieke maatregelen voor verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De rechtbank concludeerde dat de voorgestelde zorg noodzakelijk was om het ernstig nadeel af te wenden en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M.W.J. van Elsdingen en schriftelijk uitgewerkt op 7 april 2020.