ECLI:NL:RBROT:2020:4386
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontkenning van ontvangst van aangetekende oproep voor cursus alcohol en verkeer
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 15 mei 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Eiseres ontkent de ontvangst van een aangetekende oproep voor een verplichte cursus over alcohol en verkeer, die op 5 maart 2019 zou plaatsvinden. De rechtbank oordeelt dat niet met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld dat eiseres of een van haar huisgenoten heeft getekend voor de ontvangst van de oproep. De rechtbank wijst op de onduidelijkheid van de handtekening op het track en trace-formulier en het feit dat eiseres' moeder heeft verklaard dat zij en haar man niet thuis waren op het moment van aanbieding van de oproep. Verweerder heeft geen nader onderzoek ingesteld naar de wijze van aanbieding van de oproep, ondanks de twijfel over de handtekening.
De rechtbank concludeert dat de omstandigheden wijzen op een mogelijke onregelmatigheid in de aanbieding van de oproep. Dit leidt tot de conclusie dat het beroep van eiseres gegrond is. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van het CBR, dat het rijbewijs van eiseres ongeldig had verklaard omdat zij niet op de cursus was verschenen. De rechtbank draagt verweerder op om binnen zes weken na deze uitspraak een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de overwegingen in deze uitspraak. Tevens wordt het griffierecht van € 174,- aan eiseres vergoed.