ECLI:NL:RBROT:2020:4476

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 mei 2020
Publicatiedatum
19 mei 2020
Zaaknummer
C/10/595863 / FA RK 20-3102
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 WvGGZ wegens gebrek aan ernstig nadeel

Op 12 mei 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 1 mei 2020, was gericht op het verlenen van een zorgmachtiging voor een betrokkene met een bipolaire stoornis en andere psychische problemen. Tijdens de mondelinge behandeling, die telefonisch plaatsvond vanwege de coronamaatregelen, zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de betrokkene en haar advocaat, alsook een verpleegkundige van Antes GGZ en de zonen van de betrokkene.

De rechtbank heeft de criteria voor het verlenen van verplichte zorg, zoals vastgelegd in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), zorgvuldig overwogen. Hoewel er sprake was van psychische stoornissen bij de betrokkene, was er geen sprake van ernstig nadeel. De verpleegkundige en de advocaat gaven aan dat het relatief goed ging met de betrokkene en dat zij haar medicatie en behandeling accepteerde. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende grond was om verplichte zorg toe te wijzen, aangezien er geen aanwijzingen waren dat er zich opnieuw ernstig nadeel zou voordoen. Daarom heeft de rechtbank het verzoek van de officier van justitie afgewezen.

De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.C. Hendriks en is op 19 mei 2020 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/595863 / FA RK 20-3102
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 12 mei 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betrokkene] , [woonplaats betrokkene] ,
advocaat mr. S. Lodder te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 1 mei 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 de medische verklaring opgesteld door L.A.C. Nurmohamed, psychiater, van 14 april 2020;
 de zorgkaart van 19 maart 2020 met bijlagen;
 het zorgplan van 19 maart 2020 met bijlagen;
 de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz, en
 het bericht dat er geen relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens voor betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 12 mei 2020. Bij die gelegenheid zijn conform artikel 2 Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid de navolgende personen telefonisch gehoord, omdat het houden van een fysieke zitting vanwege het coronavirus niet mogelijk was:
 betrokkene met haar hierboven genoemde advocaat;
 A. Karlas, verpleegkundige, verbonden aan Antes GGZ, polikliniek ouderenpsychiatrie te Spijkenisse;
 [naam zoon 1] , zoon van betrokkene;
 [naam zoon 2] , zoon van betrokkene.
1.3.
De officier is niet telefonisch ter zitting gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Criteria zorgmachtiging
2.1.1.
De rechter kan op verzoek van de officier een zorgmachtiging verlenen ten aanzien van een persoon wanneer wordt voldaan aan de criteria en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:3 en 3:4 Wvggz. Verplichte zorg is zorg die ondanks verzet kan worden verleend.
Indien het gedrag van de betrokkene als gevolg van een psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, kan als uiterste middel verplichte zorg worden verleend, indien er geen mogelijkheden voor zorg op basis van vrijwilligheid zijn, er voor een persoon geen minder bezwarende alternatieven met het beoogde effect zijn, het verlenen van verplichte zorg gelet op het beoogde doel evenredig is en redelijkerwijs te verwachten is dat het verlenen van verplichte zorg effectief is.
Verplichte zorg kan worden verleend om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van een persoon te stabiliseren of dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, of de fysieke gezondheid van een persoon te stabiliseren of te herstellen in het geval diens gedrag als gevolg van zijn psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel daarvoor.
2.1.2.
Ten aanzien van betrokkene in de voorliggende zaak is weliswaar sprake van een bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornissen en andere problemen die een reden tot zorg zijn, maar er doet zich geen ernstig nadeel voor. Tijdens de mondelinge behandeling is door de verpleegkundige en de advocaat aangegeven dat het al langere tijd relatief goed met betrokkene gaat en dat zij de medicatie en behandeling accepteert. Er is voldoende vertrouwen dat deze situatie wordt gecontinueerd. De machtiging is slechts aangevraagd om snel te kunnen ingrijpen in het geval zich opnieuw ernstig nadeel zal gaan voordoen, maar gelet op het ontbreken van aanwijzingen dat dit zich zal voordoen strookt dit niet met de doel van de Wvggz. Er is thans onvoldoende grond om thans verplichte zorg toe te kunnen wijzen. Gelet op het voorgaande wijst de rechtbank het verzoek af.

3..Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 12 mei 2020 mondeling gegeven door mr. A.C. Hendriks, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 19 mei 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.