ECLI:NL:RBROT:2020:4738
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding op grond van artikel 44 Wzd voor onvrijwillig verblijf in zorginstelling
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 18 mei 2020 een beschikking gegeven over een verzoek om schadevergoeding op basis van artikel 44 van de Wet zorg en dwang (Wzd). Verzoekster, geboren in Kaapverdië en vertegenwoordigd door advocaat S.R. Kwee, heeft een schadevergoeding van € 75,- per dag gevraagd voor de periode van 18 maart tot en met 16 april 2020, omdat zij zonder wettelijke titel en onvrijwillig in een zorginstelling verbleef. De zorgaanbieder, Antes, heeft erkend dat er fouten zijn gemaakt in de procedure en dat verzoekster in die periode niet vrijwillig verbleef.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster in de genoemde periode zonder wettelijke titel en onvrijwillig in de zorginstelling verbleef, wat in strijd is met de wet. De rechtbank oordeelde dat de zorgaanbieder de wet niet in acht heeft genomen, wat heeft geleid tot onnodige angst en onzekerheid voor verzoekster. De rechtbank heeft de schadevergoeding vastgesteld op € 50,- per dag, wat resulteert in een totaalbedrag van € 1.550,-. De rechtbank heeft de zorgaanbieder, Antes, veroordeeld tot betaling van deze schadevergoeding aan verzoekster.
De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt. Tegen deze beslissing staat hoger beroep open op grond van artikel 358 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).