Op 22 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging, op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 15 april 2020, was vergezeld van diverse bijlagen, waaronder een medische verklaring van drs. H.W. van der Does, psychiater, en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde dag zijn de betrokkene, haar advocaat mr. A. van Toorn, en een psychiater gehoord. De officier van justitie was niet aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een persisterende depressieve stoornis en een vermijdende persoonlijkheidsstoornis, wat leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar. De betrokkene heeft suïcidepogingen gedaan en heeft een sterke wens om zichzelf van het leven te beroven. De rechtbank oordeelt dat verplichte zorg noodzakelijk is om het ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren. Er zijn geen mogelijkheden voor zorg op vrijwillige basis, en de betrokkene is onvoldoende bereid om behandeling te accepteren.
De rechtbank verleent de zorgmachtiging voor de duur van drie maanden en bepaalt dat verschillende vormen van verplichte zorg kunnen worden toegepast, waaronder het beperken van de bewegingsvrijheid en het uitoefenen van toezicht. De beschikking is mondeling gegeven door mr. B.E. Dijkers en schriftelijk uitgewerkt op 28 april 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.