Op 20 mei 2020 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake de verlenging van de ondertoezichtstelling en de uithuisplaatsing van de minderjarigen [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders niet over voldoende pedagogische vaardigheden beschikken om aan de specifieke opvoedingsbehoeften van de kinderen te voldoen. De ondertoezichtstelling was eerder verlengd tot 23 mei 2020, maar de kinderrechter heeft nu besloten deze te verlengen tot 23 november 2020. De GI heeft verzocht om deze verlenging, omdat de communicatie tussen de moeder en de pleegouders is verbeterd, maar de vader niet op afspraken verschijnt. De moeder heeft positieve ontwikkelingen doorgemaakt, maar de kinderrechter oordeelt dat de situatie nog niet zodanig is dat thuisplaatsing in het belang van de kinderen zou zijn. De beschikking is mondeling gegeven door de kinderrechter en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Hoger beroep kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.