ECLI:NL:RBROT:2020:4905

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
19 mei 2020
Publicatiedatum
4 juni 2020
Zaaknummer
C/10/596473 / JE RK 20-1333 en C/10/596490 / JE RK 20-1336
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling in het kader van de coronamaatregelen

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 mei 2020 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om een machtiging tot gesloten jeugdhulp, omdat [voornaam minderjarige] in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd. Hij verblijft op dat moment in een gesloten groep bij Schakenbosch en heeft te maken met ernstige gedragsproblemen, waaronder drugsgebruik en suïcidaliteit. De ouders hebben de grip op hem verloren en de hulpverlening in het vrijwillig kader heeft niet het gewenste effect gehad.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van [voornaam minderjarige] zo ernstig is dat een machtiging gesloten jeugdhulp noodzakelijk is. De kinderrechter heeft de ouders en de betrokken hulpverleners gehoord via een telefonische zitting, gezien de coronamaatregelen die fysieke zittingen bemoeilijken. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de gesloten jeugdhulp noodzakelijk is om verdere stagnatie in de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] te voorkomen en om hem de benodigde hulp te bieden.

De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp verleend met ingang van 19 mei 2020 tot 13 augustus 2020. Tevens is er een vervolgdatum vastgesteld voor de behandeling van de definitieve ondertoezichtstelling. De kinderrechter heeft de Raad verzocht om tijdig rapportages aan te leveren, zodat de situatie van [voornaam minderjarige] goed kan worden beoordeeld in de toekomst.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
zaakgegevens: C/10/596473 / JE RK 20-1333 en C/10/596490 / JE RK 20-1336
datum uitspraak: 19 mei 2020

beschikking machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

de Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht,

hierna te noemen de Raad, gevestigd te Rotterdam,
betreffende

[naam minderjarige] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige] 2005 te [geboorteplaats mnderjarige] , hierna te noemen [voornaam minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder] ,

hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats moeder] ,

[naam vader] ,

hierna te noemen de vader, wonende te [woonplaats vader] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
- de beschikking van deze rechtbank van 13 mei 2020 en de daarin genoemde stukken,
- de verklaring d.d. 14 mei 2020 dat een voorziening nodig is op het gebied van jeugdhulp en verblijf niet zijnde verblijf bij een pleegouder,
- de instemmende verklaring d.d. 18 mei 2020 van de gekwalificeerde gedragswetenschapper.
Vanwege het beleid van de Raad voor de rechtspraak om verspreiding van het Covid 19-(corona)virus tegen te gaan, zoals dat op 16 maart 2020
www.rechtspraak.nlis gepubliceerd, heeft er geen fysieke zitting plaatsgevonden. De partijen zijn in de gelegenheid gesteld om door de kinderrechter telefonisch gehoord te worden.
Op 19 mei 2020 heeft de kinderrechter, in aanwezigheid van de griffier, in een groepsgesprek telefonisch gehoord:
- [voornaam minderjarige] , die tevens voorafgaand apart is gehoord, bijgestaan door zijn advocaat mr.
W.A.E.M. Amesz,
- de moeder,
- de vader,
- een vertegenwoordigster van de Raad, mw. [naam vertegenwoordigster 1] ,
- een vertegenwoordigster van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, hierna te noemen de GI, mw. [naam vertegenwoordigster 2] .
De kinderrechter is van oordeel dat deze manier van horen – gelet op de huidige uitzonderlijke omstandigheden – op dit moment voldoende is om tot een goed oordeel te komen en een beslissing te kunnen nemen, zonder verdere mondelinge behandeling.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] wordt uitgeoefend door de ouders.
[voornaam minderjarige] verblijft op een gesloten groep bij Schakenbosch.
Bij beschikking van 13 mei 2020 is [voornaam minderjarige] voorlopig onder toezicht gesteld tot 13 augustus 2020. De kinderrechter heeft bij deze beschikking ook een machtiging gesloten jeugdhulp verleend met ingang van 13 mei 2020 voor de duur van vier weken. De beslissing voor het overig verzochte is aangehouden.

Het aangehouden verzoek

De Raad heeft de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verzocht, voorafgegaan door een voorlopige ondertoezichtstelling voor de duur van drie maanden.
Tevens heeft de Raad een machtiging verzocht om [voornaam minderjarige] in een gesloten accommodatie te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling. Nu resteert de periode tot 13 augustus 2020.
De Raad heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. In korte tijd is [voornaam minderjarige] afgegleden. Hij gebruikt harddrugs, heeft last van stemmingswisselingen en suïcidaliteit. Ook wordt hij misbruikt om geld wit te wassen en heeft hij meerdere winkeldiefstallen gepleegd. De ouders zijn de grip op [voornaam minderjarige] kwijt. De hulpverlening in het vrijwillig kader is onvoldoende op gang gekomen. Het is positief dat [voornaam minderjarige] zelf zijn problemen wil oplossen, maar er is hulpverlening nodig om zijn leven op orde te krijgen.

De standpunten

De GI heeft zich aangesloten bij het verzoek van de Raad. Een gesloten plaatsing is onafwendbaar gebleken. [voornaam minderjarige] zit momenteel echter niet in de instelling waar hij het beste kan worden geholpen. Waarschijnlijk kan [voornaam minderjarige] medio juni 2020 terecht bij het Anker in Harreveld. Het is belangrijk dat [voornaam minderjarige] zijn mindset gaat veranderen en de hulpverlening gaat accepteren.
Door en namens [voornaam minderjarige] is ter zitting naar voren gebracht dat er eerder had moeten worden ingegrepen. [voornaam minderjarige] wil zijn problemen zelf oplossen en met rust gelaten worden. De advocaat van [voornaam minderjarige] refereert zich aan het oordeel van de kinderrechter.
De moeder is het eens met het verzoek. Het ging de laatste dagen beter met [voornaam minderjarige] . De moeder maakt zich veel zorgen over [voornaam minderjarige] en had liever gezien dat er eerder was ingegrepen.
De vader is het eens met het verzoek. De vader maakt zich ernstige zorgen om [voornaam minderjarige] en zijn veiligheid. [voornaam minderjarige] moet de hulpverlening gaan accepteren. Er moet snel een passende plek voor de lange termijn worden gevonden.

De beoordeling

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. De kinderrechter is van oordeel dat hiervan sprake is.
Uit de overgelegde stukken en hetgeen partijen telefonisch naar voren hebben gebracht, is gebleken dat [voornaam minderjarige] ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd. [voornaam minderjarige] is een hoogbegaafde jongen die niet eerder met hulpverlening in aanraking is gekomen. Het afgelopen jaar zijn de problemen toegenomen en is [voornaam minderjarige] in korte tijd sterk afgegleden. [voornaam minderjarige] heeft last van stemmingsproblematiek en suïcidaliteit en vertoonde ernstige gedragsproblemen. Ook is zijn drugsgebruik toegenomen en is hij regelmatig met politie in aanraking gekomen. In maart 2020 is [voornaam minderjarige] in het ziekenhuis opgenomen, omdat hij overmatig alcohol en drugs had gebruikt. De hulpverlening in het vrijwillig kader heeft onvoldoende geholpen. [voornaam minderjarige] heeft zich herhaaldelijk niet aan de afspraken gehouden en de ouders zijn de grip op [voornaam minderjarige] kwijt.
Omdat de veiligheid van [voornaam minderjarige] en de andere gezinsleden niet meer gewaarborgd kan worden, is [voornaam minderjarige] op 13 mei 2020 met een spoedmachtiging gesloten geplaatst. [voornaam minderjarige] wil momenteel met niemand in gesprek en wil zijn problemen zelf oplossen. Het is belangrijk dat [voornaam minderjarige] in de gesloten setting tot rust komt en gekeken wordt naar de onderliggende problematiek. De kinderrechter is met de onafhankelijke gedragswetenschapper van oordeel dat een gesloten machtiging het enige redmiddel is om de noodzakelijke hulpverlening van de grond te krijgen, verdere stagnatie in de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] en verdere schreefgroei te voorkomen. De kinderrechter zal de machtiging gesloten jeugdhulp verlenen voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling. De komende periode dient onderzocht te worden bij welke hulp [voornaam minderjarige] het meest gebaat is.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging gesloten jeugdhulp met ingang van 19 mei 2020 tot
13 augustus 2020;

en alvorens verder te beslissen:

houdt de beslissing betreffende de definitieve ondertoezichtstelling aan en bepaalt dat het verhoor van [voornaam minderjarige] , zijn advocaat, de Raad, de GI en de belanghebbenden in deze zaak zal plaatsvinden op
28 juli 2020 om 14:30 uurin het
gerechtsgebouw te Rotterdam, Wilhelminaplein 100/125;
de zaak zal op genoemde datum en tijdstip, behoudens onvoorziene omstandigheden, worden behandeld door mr. J. van Driel, kinderrechter;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van [voornaam minderjarige] , de Raad, de GI en de belanghebbenden;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van de advocaat van [voornaam minderjarige] , indien de Raad tegen voormelde zittingsdatum wederom een verzoek tot een afgifte van een machtiging gesloten jeugdhulp indient;
verzoekt de Raad uiterlijk twee weken voor de genoemde datum aan de kinderrechter de definitieve raadsrapportage te doen toekomen;
verzoekt de Raad, indien aan de orde, tijdig een recente verklaring gedragswetenschapper aan de rechtbank te doen toekomen.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. van Driel, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok als griffier en in het openbaar uitgesproken op 19 mei 2020.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 27 mei 2020.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.