In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 mei 2020 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om een machtiging tot gesloten jeugdhulp, omdat [voornaam minderjarige] in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd. Hij verblijft op dat moment in een gesloten groep bij Schakenbosch en heeft te maken met ernstige gedragsproblemen, waaronder drugsgebruik en suïcidaliteit. De ouders hebben de grip op hem verloren en de hulpverlening in het vrijwillig kader heeft niet het gewenste effect gehad.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van [voornaam minderjarige] zo ernstig is dat een machtiging gesloten jeugdhulp noodzakelijk is. De kinderrechter heeft de ouders en de betrokken hulpverleners gehoord via een telefonische zitting, gezien de coronamaatregelen die fysieke zittingen bemoeilijken. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de gesloten jeugdhulp noodzakelijk is om verdere stagnatie in de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] te voorkomen en om hem de benodigde hulp te bieden.
De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp verleend met ingang van 19 mei 2020 tot 13 augustus 2020. Tevens is er een vervolgdatum vastgesteld voor de behandeling van de definitieve ondertoezichtstelling. De kinderrechter heeft de Raad verzocht om tijdig rapportages aan te leveren, zodat de situatie van [voornaam minderjarige] goed kan worden beoordeeld in de toekomst.