ECLI:NL:RBROT:2020:5384

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 mei 2020
Publicatiedatum
19 juni 2020
Zaaknummer
C/10/595879 / FA RK 20-3105
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie

Op 7 mei 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. De officier verzocht om voortzetting van de op 1 mei 2020 opgelegde crisismaatregel voor een betrokkene, die thans verblijft in een zorginstelling. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene en haar advocaat telefonisch zijn gehoord, aangezien een fysieke zitting vanwege de coronamaatregelen niet mogelijk was. De officier van justitie was niet ter zitting aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte.

De rechtbank heeft de criteria voor de crisismachtiging beoordeeld op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank concludeerde dat er onmiddellijk dreigend nadeel was voor de betrokkene, die lijdt aan een bipolaire stoornis, en dat haar gedrag een risico voor haarzelf en anderen met zich meebracht. De rechtbank oordeelde dat de voorgestelde verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid, noodzakelijk was om het ernstige nadeel af te wenden. De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor een periode van drie weken, tot en met 28 mei 2020.

De beschikking is mondeling gegeven door rechter P. Vrolijk en schriftelijk uitgewerkt door griffier C.W. Wapenaar. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/595879 / FA RK 20-3105
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 7 mei 2020 betreffende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende aan de [adres betrokkene] , [postcode betrokkene] te [woonplaats betrokkene] , gemeente [gemeente betrokkene] ,
thans verblijvende in Antes te Albrandswaardsedijk 74, 3172 AA te Poortugaal, gemeente Albrandswaard,
advocaat mr. M.D. van Velthoven te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 4 mei 2020, heeft de officier verzocht om voortzetting van de op 1 mei 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 1 mei 2020;
 de medische verklaring opgesteld door [naam psychiater] , psychiater, van 1 mei 2020;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
 het bericht dat er geen relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens voor betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 7 mei 2020.
Bij die gelegenheid zijn op grond van artikel 2 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid de navolgende personen telefonisch gehoord, omdat het houden van een fysieke zitting vanwege het coronavirus niet mogelijk was:
 betrokkene in het bijzijn van [naam afdelingsarts] , afdelingsarts;
 de hiervoor genoemde advocaat van betrokkene.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Criteria crisismachtiging
2.1.1.
Op grond van artikel 7:7 van de Wvggz in samenhang gelezen met artikel 7:8 van de Wvggz kan de rechter op verzoek van de officier met betrekking tot een betrokkene een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verlenen, indien de burgemeester ten aanzien van deze betrokkene op grond van artikel 7:1 van de Wvggz een crisismaatregel heeft genomen.
2.1.2.
Gelet op artikel 7:1 lid 1 van de Wvggz kan deze machtiging slechts worden verleend indien er onmiddellijk dreigend nadeel is, er een ernstig vermoeden bestaan dat het gedrag van betrokkene als gevolg van een psychische stoornis dit dreigend nadeel veroorzaakt en met de crisismaatregel het ernstige nadeel kan worden weggenomen. Daarnaast is de crisissituatie dermate ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht en is er verzet als bedoeld in artikel 1:4 Wvggz tegen de zorg.
2.1.3.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat er voor betrokkene onmiddellijk ernstig nadeel dreigt, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstige verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang. Daarnaast roept betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van andere op en is de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar. Betrokkene is in eerste instantie vrijwillig opgenomen geweest nadat zij manisch is ontregeld op de begeleid wonen locatie waar zij woont. Zij is kortdurend terug naar haar woonruimte geweest maar bleek toch nog niet hersteld. De manie uit zich in slapeloze nachten, schreeuwen en naakt over de gang lopen. Dit gedrag heeft zich tijdens de opname voortgezet. Daarnaast heeft betrokkene last van somatische klachten, een ernstig ontregelde schildklier, die er toe leiden dat zij zichzelf bevuild met dunne ontlasting. Er wordt vermoed dat de somatische klachten verband houden met de ontregeling. Daarom wordt de behandeling hiervan voorop gesteld. Als de somatische situatie is onderzocht kan worden gekeken of de medicatie die betrokkene krijgt voor haar psychische klachten dient te worden aangepast. Betrokkene kan pas naar huis als ze weer tot rust is gekomen. De onrust is de voornaamste reden voor de opname.
2.1.4.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten een bipolaire stoornis.
2.1.5.
De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.2.
Verplichte zorg
2.2.1.
Op basis van de medische verklaring en de mondelinge behandeling, acht de rechtbank de volgende in de crisismaatregel genomen vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
 het toedienen van medicatie;
 het beperken van de bewegingsvrijheid;
 het insluiten;
 het opnemen in een accommodatie.
2.2.2.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar ter zitting gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.2.3.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.2.4.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.3.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.2.1. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 28 mei 2020.
Deze beschikking is op 7 mei 2020 mondeling gegeven door mr. P. Vrolijk, rechter, in tegenwoordigheid van mr. C.W. Wapenaar, griffier, en op 11 mei 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.